nieuws

Column: Zwartepieten over hoofddoekjes

hoofddoeken
hoofddoeken
“We gaan verliezen!”, riep columniste Ebru Umar maandag op RTV Rijnmond, omdat een Rotterdamse agente haar hoofddoek mag ophouden. Nu is het oordeel hierover van het College voor de Rechten voor de Mens slechts een advies en heeft Umar dat advies verkeerd begrepen. Bovendien: wie zijn “we”?
Het tekent de “wij-zij-maatschappij” waarin wij verzeild zijn geraakt, waarin slechts ruimte is voor zwart-wit-denken. Een moslima houdt haar hoofddoek op? Dan zien de tegenstanders direct een tsunami aan vrouwen met hoofddoek op, die ‘onze’ samenleving overspoelen. Maar wat Ebru Umar en al die andere boze burgers waarschijnlijk niet hebben gedaan: de beslissing van het College goed lezen.
Het advies is een wonder van nuance. Er wordt uitvoerig stilgestaan bij de noodzaak van neutraliteit bij de politie. Alleen in dit specifieke geval is een hoofddoek acceptabel. Omdat de vrouw in kwestie al een hoofddoek draagt, bij haar administratieve werk. Dan maakt een uniformpje aantrekken niet zoveel meer uit.

Neutraliteit


Temeer daar de vrouw slechts heel beperkt contact heeft met het publiek: ze neemt aangiftes op, maar gaat er niet over. Haar neutraliteit is niet of nauwelijks van belang. Het College voor de Rechten van de Mens zegt niet: u mag ook een hoofddoek dragen, als u naar buiten gaat. Sterker, ik durf te beweren dat het College zegt: “dat zouden we afkeuren.”
In het advies wordt verwezen naar een recente beslissing van het Europees Hof, het zogeheten Achbita-arrest. Dat geeft werkgevers de mogelijkheid hoofddoekjes te verbieden, als daarmee de neutrale uitstraling in het geding is. Het College noemt het kledingvoorschrift van de politie (geen hoofddoekje, kruis, keppeltje, etc.) een “legitiem doel”. Dus gaan “we” verliezen? Neen.

Stemmingmakerij


Maar dat zult u niet zijn tegengekomen in de vele krantenkoppen en discussies op social media.
peilde de mening van het volk: “61% van de burgers heeft er moeite mee als u door een moslima met hoofddoek op de bon wordt geslingerd.” Een dergelijke stelling is stemmingmakerij. Het doet geen recht aan de beslissing van het College en het past in het simplistische zwart-wit-denken van deze tijd.
Eenzelfde sfeer zie je bij de Zwarte Pieten-discussie. Je wordt geacht voor of tegen te zijn. Maar mogen er ook Grijze Pieten zijn? Ik heb zelf als kind nooit de link gelegd tussen Piet en zwarte mensen. Er zijn donker gekleurde mensen die het jammer vinden dat ze niet meer voor Zwarte Piet mogen spelen. Er zijn kleurlingen die altijd veel last hebben gehad van bespottingen in de Sinterklaastijd. In het buitenland zijn ze al jaren verbijsterd: hoe kan dat eens zo tolerante landje koketteren met domme slaven tijdens een kinderfeest?

Racisme


De waarheid ligt ergens daar in het midden. Maar nee, in de debatten moet je zeggen “Zwarte Piet ís racisme”, of je moet huilen dat een traditie en dus de hele Nederlandse samenleving ten onder gaat als we Piet niet meer zwart laten zijn. Je moet of 300 km rijden om te demonstreren, of de A7 blokkeren.
In de praktijk zie je Nederland op zijn best: grote diversiteit. Hier is een Piet zwart, daar (Rotterdam, Amsterdam) wordt hij minder donker. De tijd verglijdt, de maatschappij past zich aan, tradities zijn niet in beton gegoten.

Grijs


Nederland is geen wit land waar “zij’ niet thuishoren. We moeten een volk zijn van Grijze Pieten. Waar we accepteren dat er andere kleurtjes en hoofddeksels te zien zijn. Waar we naar elkaar luisteren, omdat die ander ook een stem heeft. Waar je niet alleen ergens voor of tegen kunt zijn, maar ook er tussenin.
En tegen Ebru Umar en al die andere Boze Burgers wil ik zeggen: Makkers, staakt uw wild geraas.
Paul Verspeek is verslaggever bij RTV Rijnmond

💬 WhatsApp ons!
Heb jij een tip voor de redactie? Stuur ons een bericht, foto of filmpje via WhatsApp ons of Mail: nieuws@rijnmond.nl