Drechtsteden willen locaties windmolens zelf kiezen

De provinciale bestuurder, pikant genoeg zelf een Dordtenaar, vindt dat de Drechtsteden te lang treuzelen met het meewerken aan het totstandkomen van het opwekken van meer schone energie.

In een brief heeft hij vijf locaties aangewezen: Dordtsche Kil 4 en de Derde Merwedehaven in Dordrecht, langs de Oude Maas in Zwijndrecht, op bedrijventerrein Oosteinde in Papendrecht en bij Nedstaal, in Alblasserdam. In totaal moeten daar 10 tot 15 windmolens komen. Als de gemeentes niet snel reageren, dreigt hij zelf bestemmingsplannen te laten aanpassen.

Het enthousiasme voor de locaties buiten Dordrecht is niet bepaald groot, zo erkent de Papendrechtse wethouder Joke Reuwer: "zowel Alblasserdam als wij zien liever geen windmolens bij Nedstaal komen. We willen ze niet in onze voor- of achtertuin, maar gelukkig is er een andere buurman, die ze wèl wil".

Ze doelt op collega Harry Wagemakers, uit Dordrecht. Die kan echter nog niets: "Wat ik wil moet ook het college van B&W en de Dordtse gemeenteraad willen. Die krijgen van mij de komende weken een voorstel. Tot nu toe kunnen er in Dordt alleen 4 turbines langs de Dordtsche Kil komen. Voor meer is een nieuw raadsbesluit nodig".

Wagemakers ziet z'n wens niet als burenhulp: "Natuurlijk is het prettig om elkaar in Drechtstedenverband te helpen, maar met windmolens kunnen we ook geld verdienen. En ik snap dat de gedeputeerde zijn doelstellingen voor schone energie wil halen. Maar dat willen wij ook."

Reuwer roept daarom namens de Drechtsteden Veldhuijzen op een beetje geduld te hebben: "hij wil op korte termijn helderheid, maar we zijn allemaal beter af met een oplossing die breed draagvlak heeft. Dat vergt een paar maanden extra tijd. Dat moet dan maar".