nieuws
Sinterklaas in bezettingstijd
ROTTERDAM - Het lijkt soms alsof het gewone leven in Nederland stil komt te staan tijdens de bezettingsjaren, maar niets is minder waar. Lang gaat voor veel mensen het normale leven door. Zo ook het Sinterklaasfeest, ook al gaat alles 'op de bon' en is het moeilijk om een cadeautje te vinden.
Het is 1943 en bijna sinterklaas. De achtjarige Petra Spijker mag af en toe komen kijken bij haar neef Dick, want hij is druk aan het knutselen.
Dick Kluis is een oudere neef van de familie Spijker en hij zit ondergedoken bij hen thuis. Hij knutselt en tekent hele dagen in een klein kamertje. Stiekem kijkt Petra even om het hoekje. Ze ziet iets staan dat op een kistje lijkt.
En dan is het zover: 5 december. Sint en Piet komen persoonlijk langs bij de familie Spijker. Ze brengen cadeau's voor de hele familie mee. Het grootste pakketje is voor Petra. Ze opent het pakje en ziet het mooiste poppenhuis dat ze ooit heeft gezien. Een poppenhuis gemaakt van het kistje dat ze op het kamertje van neef Dick heeft zien staan.
Het poppenhuis heeft een buitentrap en de bewoners zijn wollen poppetjes. Er zijn stoeltjes om op te zitten, bedjes om op te slapen en zelfs een linnenkast. Voor de ramen hangen kanten gordijnen, op de grond ligt vloerbedekking en er is een open haard. Het dak kan er zelfs af zodat Petra overal goed bij kan.
Het Oorlogsverzetsmuseum in Rotterdam heeft onlangs van de dochter van neef Dick Kluis het poppenhuis mogen ontvangen. Petra heeft er als kind jarenlang mee gespeeld en later ook haar dochter en kleindochters. Er is nauwelijks iets aan het poppenhuis veranderd, alleen de vloerbedekking op de begane grond is een keer vervangen.
Het is poppenhuis vertelt het verhaal van de Sinterklaasviering tijdens de Tweede Wereldoorlog en is in het museum te zien.
