CLUB

Bleiswijker Robert Smits over het coronadrama in Brazilië: 'In verlaten fabriekshallen zitten 400 mensen met één douche'

In lege fabriekshallen in Rio de Janeiro leven honderd gezinnen in krotten
In lege fabriekshallen in Rio de Janeiro leven honderd gezinnen in krotten © Robert Smits
Waar in Nederland enige hoop gloort aan het eind van de coronatunnel is de crisis in Brazilië op een dieptepunt beland. Het land is de 350.000 doden gepasseerd. Bleiswijker Robert Smits vangt al ruim dertig jaar straatkinderen op in Rio de Janeiro. 'De afgelopen tien jaar ging het de goede kant op, maar wat we nu zien, zijn onmenselijke taferelen.'
Een scène uit de sloppenwijken in Rio. Een vrachtwagen arriveert om koekjes uit te delen aan de bewoners. Het voertuig wordt direct bestormd door honderden hongerige mensen. Robert Smits is wel wat gewend, maar schrikt ook van deze beelden. 'De armoede in de favela's, de sloppenwijken, is enorm gestegen. Veel mensen hebben hun baan verloren. Denk aan de pindaverkoper op het strand dat dicht is, of de marktkooplui.'
Hij vertelt het verhaal van Vanessa en Ari, beiden 29 jaar met twee jonge kinderen. Ari werkte als schoonmaker op een universiteit in Rio de Janeiro. Toen het instituut sloot, werd Ari ontslagen. De maandelijkse huur van 600 Braziliaanse real konden ze niet meer opbrengen en het gezin kwam op straat te staan. Ze belandden in de armen van drugsbendes, die lege fabriekshallen in het havengebied verhuren aan daklozen. Tientallen vervallen loodsen zitten volgestouwd met gezinnen.

Gelukkig Wonen

Smits: 'Ze betalen zo'n 50 real per maand en dan mogen ze een krotje bouwen op een van de verdiepingen. Wij hebben ons ontfermd over een fabriekshal Morada Feliz geheten, oftewel Gelukkig Wonen. Een hele paradoxale naam, ja. Het ligt op honderd meter van ons kantoor. Deze gebouwen zouden in 2014 worden gesloopt tijdens het WK in Brazilië om plaats te maken voor hotels. Dat is nooit gebeurd en ik had geen idee dat er mensen woonden.'
Een bezoek aan de fabriekshal is een reis naar de krochten van het menselijk bestaan. 'Er is één ingang, die wordt bewaakt door bewapende leden van de drugsbende. Als je aanklopt, word je door een gat in de muur bekeken. Binnen in het halfdonker zitten honderd families, in totaal zo'n vierhonderd mensen, in kleine krotjes. Deels van hout, dus je moet er niet aan denken dat er brand uitbreekt. De stank daarbinnen is niet te harden. Er zijn twee wc's en één douche. De benedenverdieping wordt gebruikt om te poepen en te piesen. Die kinderen zijn hartstikke vuil, ze leven in een open riool.'
Dakloze kinderen leven in een fabriekshal in Rio de Janeiro en krijgen af en toe een lunch
Dakloze kinderen leven in een fabriekshal in Rio de Janeiro en krijgen af en toe een lunch © Robert Smits
Robert Smits en zijn stichting Help mij Leven gaan regelmatig het gebouw in om kinderen voor een paar uurtjes mee te nemen. 'De gezinnen komen bijna niet meer buiten. Vlak in de buurt is een sportveld en wij gaan daar met groepjes kinderen naartoe om ze te laten spelen, ze krijgen een lunch en ze kunnen douchen.'
De Bleiswijker had een lumineus idee: aluminium douches annex wc's plaatsen in het gebouw. 'Het werd mij direct afgeraden, want de drugsbendes zouden ermee aan de haal gaan. In de stad gaan de grote drugsfeesten nog vrolijk door en daar zouden die cabines ideaal voor zijn.'
Feesten in de stad, Rio de Janeiro lijkt niet direct 'coronaproof', getuige ook het grote aantal doden in de stad en in heel Brazilië. 'De afgelopen dagen hadden we meer dan 3000 doden per dag in het land en de verwachting is dat het aantal nog zal stijgen. Bijna niemand zie je hier ook in de favela's een mondkapje dragen.'
De ziekenhuizen zitten vol. De 'gelukkigen' die nog toegelaten worden in de klinieken worden geparkeerd in de gangen. Zodra een patiënt overlijdt, worden zij doorgeschoven naar de ziekenzaal. Velen treffen het nog slechter weet Robert Smits uit eigen ervaring. 'De beste vriendin van mijn vrouw kreeg corona maar er was geen plek in het ziekenhuis. Ze moest thuis blijven en is daar overleden.'
In zijn directe omgeving zijn de afgelopen tijd veertien mensen aan corona gestorven. 'Ook een grote, persoonlijke vriend, mijn dominee, is gestorven. Het probleem is dat er te weinig wordt getest waardoor er heel veel besmette mensen rondlopen. De gemeenten hier bieden tegen elkaar op met lage besmettingscijfers, maar dat komt doordat er zo weinig wordt getest.' Op de woonboerderij buiten Rio waar Smits verblijft, nam hij een particulier in de arm om te testen. Gevolg: 26 positieve gevallen. 'Dat gaf best wat organisatorische problemen.'
Kinderen uit de fabriekshal in Rio de Janeiro krijgen een lunch
Kinderen uit de fabriekshal in Rio de Janeiro krijgen een lunch © Robert Smits

Proberen onderwijs te regelen voor de straatkinderen is een onmogelijke opgave. 'De scholen zijn al een jaar dicht. Ze zouden in maart opengaan, maar dat is weer uitgesteld. Online onderwijs is voor deze kinderen geen optie. Ze zijn al blij als ze schoon water hebben thuis.'

Robert Smits, zelf een groot voetballiefhebber en aanhanger van 'de club van Rotterdam-Zuid', heeft twee sportverenigingen opgericht: 'Feyenoord', uiteraard en 'Sparta'. Trainingen zijn lastig doordat er maximaal tien jongeren bij elkaar mogen komen. 'Los daarvan is het moeilijk elftallen te vormen omdat er te weinig kinderen komen opdagen. Ook hele jonge gasten moeten in deze tijd de kost verdienen voor het gezin.'
De trainingen worden regelmatig stilgelegd als er schietpartijen zijn tussen rivaliserende drugskartels, zo vertelde Smits al tijdens een eerder interview in december 2019. Bij zowel 'Feyenoord' als 'Sparta' is inmiddels de accommodatie verbeterd door een overkapping. Daardoor kan worden doorgespeeld als er hoosbuien zijn. 'Feyenoord' heeft ook een eigen home gekregen bij het sportveld. 'Dat is ideaal. Is er een schietpartij, dan kunnen de kinderen daar even schuilen en daarna weer voetballen.'
Robert Smits met spelers van sportclub Feyenoord in Rio
Robert Smits met spelers van sportclub Feyenoord in Rio © Robert Smits

Het gevaar is zeer actueel, zegt Smits. 'Het veld van 'Feyenoord' ligt vlakbij het hoofdkwartier van een drugsbende en er is een oorlog gaande tussen groepen. Maar het is een onduidelijk wie nou bij wie hoort.' Het is voor hem lastig om bij het sportveld te komen. 'Als niet-Braziliaan wordt er elke keer een pistool op mij gericht en moet ik mijn shirt omhoog doen om te laten zien dat ik ongewapend ben.'
Tot voor kort schakelde hij Michel in, een 17-jarige jongen die bij de sportclub hoorde en ook fan was geworden van Feyenoord uit Rotterdam. 'Als ik de wijk inkwam, riep ik zijn naam en kon ik doorlopen. Op oudejaarsavond is hij door de politie doodgeschoten.'
Robert Smits is in de ruim dertig jaar dat hij in Rio de Janeiro woont en werkt regelmatig dierbaren verloren. Aan de voortwoekerende drugsoorlog en nu aan corona. 'Ik zit hier nu 34 jaar en elke keer zijn er nieuwe uitdagingen. Ik ben momenteel best somber door alles wat er gebeurt maar tegelijkertijd is onze hulp harder nodig dan ooit.'

💬 WhatsApp ons!
Heb jij een tip voor de redactie? Stuur ons een bericht, foto of filmpje via WhatsApp ons of Mail: nieuws@rijnmond.nl