VERGETEN VERHALEN

De man met de witte vlag na het bombardement op Rotterdam: ‘De geschiedschrijving is een beetje aan hem voorbij gegaan’

Van Ommering met witte vlag begeleidt Scharroo en Backer op de Van der Takstraat
Van Ommering met witte vlag begeleidt Scharroo en Backer op de Van der Takstraat © collectie Nederlands Instituut voor Militaire Historie
Het is één van de bekendste foto’s van 14 mei 1940: sergeant-majoor Van Ommering met witte vlag in de Van der Takstraat op het Noordereiland. Hij begeleidt de bevelhebber van de Rotterdamse troepen. Kolonel Scharroo is met kapitein Backer onderweg om de stad over te geven. Kort ervoor is het centrum van de stad door de Duitse luchtmacht gebombardeerd.
Gerrit van Ommering heeft de vlag gemaakt van een laken en een bezemsteel. Eerder die dag scheurt hij er een reep vanaf om een gewonde soldaat mee te verbinden. De vlag neemt hij later mee naar huis aan de Schieweg 107b. Daar blijft hij jaren in de meterkast staan.
In 1970 overlijdt Van Ommering op 73-jarige leeftijd. Zijn weduwe schenkt de vlag tien jaar later aan Museum Rotterdam. In de vestiging aan de Coolhaven wordt de vlag tentoongesteld. Van Ommering heeft nooit veel gesproken over de meidagen van 1940 in Rotterdam.

Niet terugkijken maar vooruit

“De geschiedschrijving is een beetje aan hem voorbij gegaan”, zegt schoonzoon Piet Dille. Dille is vrijdagmiddag samen met zijn echtgenote Ans Dille-van Ommering aanwezig bij de herdenking van het bombardement op Plein 1940 in het centrum van Rotterdam. “Hij is er ook nooit over geïnterviewd.”
Dat heeft waarschijnlijk alles te maken met de manier waarop er in de jaren na de oorlog wordt gedacht. Er wordt nauwelijks teruggekeken of herdacht. De stad moet worden opgebouwd. Er wordt vooruit gekeken en niet terug. Pas later komt er meer aandacht voor herdenken en terugblikken, maar Van Ommering is dan al overleden.
Gerrit van Ommering is in Rotterdam geboren op 16 januari 1897. In 1913 gaat hij in militaire dienst. Tijdens de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) waarin Nederland neutraal is, is Van Ommering gelegerd in Goes. Na een periode in Zwolle, komt Van Ommering in 1928 in Utrecht terecht. Zijn commandanten daar zijn kolonel Scharroo en kapitein Backer.
1937 Van Ommering wordt gedecoreerd door Backer
1937 Van Ommering wordt gedecoreerd door Backer © familie Dille-van Ommering
Tijdens de mobilisatie in 1939 worden de drie naar Rotterdam overgeplaatst. “Ze waren een drie-eenheid: kolonel Pieter Wilhelmus Scharroo, kapitein Jan Dam Backer en sergeant-majoor Gerrit van Ommering”, weet Dille.
In 1940 woont Van Ommering met zijn gezin aan de Schieweg. Scharroo heeft zijn hoofdkwartier aan de Veemarkt in het centrum. Op 12 mei wordt dat verplaatst naar de Statenweg 147, naar het kantoor van Backer. Op die plek is een telexverbinding met de legerleiding in Den Haag.
De Duitsers vallen op 10 mei ons land binnen. Rotterdam ligt al snel in de frontlinie. Vliegveld Waalhaven wordt aangevallen en met watervliegtuigen landen Duitse militairen op de Maas. Het zuiden van Rotterdam wordt vrij snel door de Duitse troepen ingenomen, maar de noordkant van de stad blijft in handen van Scharroo en zijn troepen.

Dagen van strijd in Rotterdam

De Maasbruggen en het Noordereiland zijn frontgebied. Dagenlang houden de Nederlanders stand. De Duitsers willen doorstomen naar het regeringscentrum in Den Haag, maar worden bij de Maasbruggen in Rotterdam gestopt. Felle gevechten en bombardementen van zowel geallieerden en Duitsers zijn het gevolg.
De Duitse generaal Schmidt vraagt luchtsteun aan om Rotterdam te overwinnen. Hij stelt een ultimatum aan kolonel Scharroo. Drie Duitse parlementairs lopen 14 mei rond 09:00 uur met een witte vlag en een briefje met dat ultimatum over de Maasbruggen richting het centrum.
Daar worden ze bij de Oude Haven door Nederlandse militairen ontwapend en geblinddoekt in een auto gezet. De wagen rijdt niet rechtstreeks naar het hoofdkwartier van Scharroo aan de Statenweg. Om de locatie niet prijs te geven, worden de Duitsers eerst een tijdje door de stad rondgereden.

'Vodje papier'

Om 10:30 uur komen ze aan bij Scharroo. Vlak daarna arriveert burgemeester Oud op het hoofdkwartier. Beiden krijgen een getypt briefje waarin staat dat de stad zich binnen twee uur moet overgeven, anders zullen de scherpste maatregelen van vernieling volgen. Scharroo noemt het een vodje papier. Het is niet met naam en rang ondertekend.
Scharroo heeft vervolgens contact met de opperbevelhebber van de Nederlandse strijdkrachten, generaal Winkelman in Den Haag. Ze komen tot de conclusie dat er geen reden is tot overgave van Rotterdam. De Duitse boodschappers worden door Scharroo teruggestuurd met het bericht dat een onderhandelaar voor het verstrijken van het ultimatum antwoord zal geven.
Het ultimatum verloopt twee uur nadat Scharroo het briefje heeft ontvangen. De Duitse parlementairs zijn om 10:30 uur op de Statenweg gearriveerd. Kolonel Scharroo moet zijn antwoord dus voor 12:30 uur geven.
Hij stuurt kapitein Backer naar het Noordereiland, waar Duitse militairen in een ijssalon aan de Prins Hendrikkade 66b hun kamp hebben opgeslagen. Sergeant-majoor Van Ommering is de chauffeur van de wagen van Backer. Terwijl Van Ommering aan de noordkant van de Maasbruggen bij de auto blijft, loopt Backer met de witte vlag over de brug naar het Noordereiland.

Nieuw ultimatum

Daar komt hij om ongeveer 12:20 uur aan. Het bericht van Scharroo dat hij bij zich heeft, meldt dat een ultimatum voorzien moet zijn van een naam, militaire rang en handtekening. Twintig minuten later arriveert generaal Schmidt ook in de ijssalon.
Schmidt leest het bericht van Scharroo en schrijft op hetzelfde briefje een nieuw ultimatum: Scharroo krijgt drie uur om de stad over te geven. Schmidt ondertekent het briefje om 13:15 uur. Kort daarop vertrekt Backer vanuit de ijssalon met het nieuwe ultimatum. Nog voordat Backer terug is bij Van Ommering aan de noordkant van de Maasbruggen, vallen de eerste bommen.
Een bericht van generaal Schmidt naar Duitsland om de luchtaanval uit te stellen is niet of te laat binnengekomen. Schmidt laat nog rode lichtkogels afvuren vanaf het Noordereiland, maar dat haalt weinig meer uit.
Het bombardement op Rotterdam begint even voor 13:30 uur. In nog geen kwartier tijd wordt een groot deel van het centrum verwoest. De stad zal nog dagen branden. Bijna negenhonderd mensen komen om. Tachtigduizend mensen worden dakloos. Ruim dertigduizend huizen, winkels, fabrieken en andere panden zijn verwoest.
Gedempte Binnenrotte met links de Laurenkerk en het luchtspoor na het bombardement
Gedempte Binnenrotte met links de Laurenkerk en het luchtspoor na het bombardement © Stadsarchief Rotterdam
Als kapitein Backer bij Van Ommering aankomt, ontfermt hij zich over een gewonde soldaat. Van Ommering scheurt een reep stof van de witte vlag om de soldaat te verbinden. Door de gebombardeerde en brandende stad brengen Backer en Van Ommering de soldaat naar het Coolsingelziekenhuis.
Daarna gaan ze op weg naar kolonel Scharroo aan de Statenweg. Bij het Statentunneltje moet Backer uitstappen en met getrokken pistool de weg vrij maken voor de auto. Honderden mensen zijn gevlucht voor de bommen en houden zich schuil in het tunneltje.
Om 14:15 uur zijn Backer en Van Ommering terug op het hoofdkwartier. Het nieuwe ultimatum wordt vertaald. Er is geen verbinding meer met generaal Winkelman in Den Haag. Kolonel Scharroo besluit te capituleren. Hij geeft de Nederlandse troepen in Rotterdam het bevel de wapens neer te leggen en vertrekt naar het Noordereiland.
De auto wordt opnieuw bestuurd door sergeant-majoor Van Ommering. Ook kapitein Backer is erbij. Even voor 16:00 uur komen de drie aan bij het Noordereiland. Van Ommering met de witte vlag voorop. Achter hem Scharroo en Backer. Op dat moment wordt de foto gemaakt van Gerrit van Ommering met de witte vlag.
Van Ommering met witte vlag begeleidt Scharroo en Backer op de Van der Takstraat
Van Ommering met witte vlag begeleidt Scharroo en Backer op de Van der Takstraat © collectie Nederlands Instituut voor Militaire Historie
De Duitse generaal Schmidt heeft zijn hoofdkwartier in de Maassilo. Kolonel Scharroo wordt naar hem toegebracht en schrijft ‘angenommen’ op het ultimatum. Vlak voor 17:00 uur kondigt generaal Winkelman de capitulatie van Nederland aan.
De Duitse troepen trekken rond 18:15 uur Rotterdam binnen. Die avond onderhandelen de Duitsers en Nederlanders op het hoofdkwartier van Scharroo over onder meer de troepenscheiding, verzamelplekken van krijgsgevangenen en het inleveren van wapens. Scharroo laat de onderhandelingen aan Backer over. “Scharroo was helemaal van de kaart, Backer moest het doen”, weet Piet Dille van zijn schoonvader Gerrit van Ommering. Veel heeft Van Ommering niet over die dagen gesproken, maar dit heeft hij zijn familie wel verteld.

Vlag mee naar huis

Scharroo, Backer en Van Ommering zijn door de Duitsers gevangen gezet in een gereformeerde kerk in de buurt van de Statenweg. Na een aantal dagen worden ze vrijgelaten. “Naderhand is mijn schoonvader naar de Statenweg gegaan om de vlag op te halen”, vertelt Dille. “Hij was er heel terughoudend over”, aldus de schoonzoon. “Hij heeft de vlag één keer voor me uitgerold in de gang toen we net verkering hadden.”
Na de capitulatie gaat Van Ommering bij de brandweer werken. “Daar had hij later veel vaker over”, zegt Dille. Als brandweerman raakt Van Ommering opnieuw betrokken bij een bombardement. Op 31 maart 1943 verwoesten geallieerde bommen een deel van de woonwijk Bospolder-Tussendijken.
Meer dan vierhonderd mensen komen om. Gerrit van Ommering blijft in de puinhopen naar overlevenden zoeken, ook na spertijd. “Hij ging er ’s nachts zijn bed voor uit, hij lag er niet rustig door”, zegt Dille over zijn schoonvader.
De zoektocht van Van Ommering blijft niet zonder resultaat. In de Blokmakerstraat lokaliseert hij een 3-jarig kind dat na vijftig uur gered kan worden. Van dit moment is ook een foto. Het kindje ligt in de armen van een ziekenbroeder en Van Ommering staat ernaast.
Verpleger met gered kind in armen, links naar hem staat Van Ommering
Verpleger met gered kind in armen, links naar hem staat Van Ommering © collectie NIOD
Tot aan zijn pensioen blijft Gerrit van Ommering bij de brandweer van Rotterdam. Hij bouwt radio’s en is zendamateur. Voor de Rotterdamse brandweer ontwikkelt hij het mobiele radiotelefoniesysteem. “Dat was zijn passie”, besluit Dille.
Gerrit van Ommering gaat in 1957 met pensioen. Hij is op 1 juni 1970 overleden. De nabestaanden van Van Ommering zijn vrijdagmiddag als genodigde aanwezig bij de besloten herdenking van het bombardement.
De bijeenkomst in aanwezigheid van onder anderen burgemeester Aboutaleb en demissionair vice-premier De Jonge wordt live uitgezonden op TV Rijnmond en rijnmond.nl. De uitzending begint om 13:00 uur.

💬 WhatsApp ons!
Heb jij een tip voor de redactie? Stuur ons een bericht, foto of filmpje via WhatsApp ons of Mail: nieuws@rijnmond.nl