nieuws
Steenmarter lijkt een blijvertje in Rotterdam-Zuid
31 januari 2015, 11:05 • 2 minuten leestijd
ROTTERDAM - Rotterdam-Zuid heeft er een nieuw soort bewoner bij: de steenmarter. Dat zegt Kees Moeliker van het Natuurhistorisch Museum.
Nadat eerder twee doodgereden steenmarters waren gevonden in Charlois en Barendrecht, is afgelopen jaar een levend beestje gezien in het Zuiderpark.
De steenmarter werd betrapt door een camera, die op een volkstuincomplex was neergezet. De eigenaresse van een huisje wilde graag weten wie er steeds bij haar inbrak. Dat bleek dus een steenmarter te zijn.
Zolder
Tot nu toe kwam het schuwe roofdier vooral voor in het oosten van Nederland, maar de laatste tijd is de steenmarter opgerukt in westelijke richting.
Tot nu toe kwam het schuwe roofdier vooral voor in het oosten van Nederland, maar de laatste tijd is de steenmarter opgerukt in westelijke richting.
Het beestje, dat zo'n 12 centimeter hoog is, heeft zijn naam niet voor niets gekregen. De steenmarter toeft graag in rotsen of gebouwen.
Regelmatig worden er steenmarters gesignaleerd op zolders van woonhuizen. De mest en urine die ze daar achterlaten, kan behoorlijk stinken. Net als de restanten van prooien, die ze naar zo'n zolder slepen. Soms kruipen de dieren ook onder de motorkap van een auto, waar ze hun tanden in de bedrading zetten.
Omnivoor
De steenmarter is een omnivoor. Op zijn menu staan muizen, ratten, eekhoorns, vogels, eieren, kikkers, hagedissen, bessen en kersen. "In het Zuiderpark is wat dat betreft genoeg prooi te vinden", zegt Kees Moeliker. "Ze moeten alleen uitkijken met oversteken. Want er is ook bij het Zuiderpark al eentje doodgereden. Die ligt nu gestrekt in het Natuurhistorisch Museum..."
De steenmarter is een omnivoor. Op zijn menu staan muizen, ratten, eekhoorns, vogels, eieren, kikkers, hagedissen, bessen en kersen. "In het Zuiderpark is wat dat betreft genoeg prooi te vinden", zegt Kees Moeliker. "Ze moeten alleen uitkijken met oversteken. Want er is ook bij het Zuiderpark al eentje doodgereden. Die ligt nu gestrekt in het Natuurhistorisch Museum..."
