GELD

Overleven in inflatietijd: waarom Mia in haar tuin een tas met merkkleding vindt

"Dit heb ik als klein meisje op Curaçao geleerd van mijn moeder. Bij ons mocht iedereen aan tafel. Ze stuurde niemand weg." Mia Hansen uit Dordrecht heeft het zwaar nu een euro steeds minder waard wordt. Ze kan nauwelijks rondkomen, maar helpt toch veel buurtgenoten die ook in armoede leven. Over de behulpzame Mia gaat het eerste deel van een serie over de historisch hoge inflatie en het dure leven.
Ik tref Mia in haar woonkamer zoals ze graag zit. Op de bank, met haar benen uitgestrekt op een krukje. Met een pen tussen de vingers gaat ze secuur alle aanbiedingen af. "Ik hou van reclamefolders. Ik kruis aan wat echt goedkoop is. Daarna ga ik mensen bellen en appen. Trostomaten, alleen vandaag, veel korting. Daar en daar. Die moet je kopen, ga halen!" Zelf rijdt Mia van supermarkt naar supermarkt voor het grootste voordeel en kent ze alle trucs. "Bij de Jumbo verkopen ze tot twaalf uur 's middags vlees nog net binnen de datum voor een heel lage prijs. Dat ligt in een speciaal vak, heb ik ontdekt. Ik koop het, spoel het af onder de kraan en stop het meteen in de vriezer voor later."
Mia Hansen zoals ze graag zit: speurend in de reclamefolders
Mia Hansen zoals ze graag zit: speurend in de reclamefolders © Rijnmond
De Nationale Ombudsman schreef deze week in zijn jaarverslag wat we allemaal al wel voelde aankomen: meer en meer mensen leven langdurig in armoede. Ook de voedselbanken in ons land kregen dit jaar al duizenden nieuwe klanten. Dat komt vooral omdat het leven op dit moment snel duurder wordt, vooral de duurdere boodschappen en hogere energierekening komen hard aan. Niet alleen minima komen in de problemen, opvallend veel mensen met een modaal inkomen belanden in de financiële problemen.
Mia Hansen (39) ontmoette ik in coronatijd op een vrijdagavond tijdens een ronde door Dordrecht met Henk-Jos van Leeuwen. Henk-Jos is predikant bij de Kerk van de Nazarener en haalt aan het einde van de dag onverkocht voedsel op bij supermarkten en brengt dat vervolgens naar de allerarmsten. Mia stond op zijn bezoeklijst, samen met andere gezinnen in de niet al te rijke Vogelbuurt. Twee kinderen en hun moeder verschenen dolblij aan de deur. Verrukt met de aardappelen, vlaai, groenten en al het andere dat in het pakket zat. Ongetwijfeld een leven vol uitdagingen, maar toch de zon zien schijnen.
Januari 2021: het gezin van Mia krijgt zoals elke vrijdagavond een boodschappenpakket bestaande uit overgebleven producten uit de supermarkt.
Januari 2021: het gezin van Mia krijgt zoals elke vrijdagavond een boodschappenpakket bestaande uit overgebleven producten uit de supermarkt. © Rijnmond
Mia laat me niet los. Je krijgt het boodschappenpakket namelijk niet zomaar, dan zit je in de hoek waar de klappen vallen. Als ik haar ruim een jaar later nog eens bezoek, zie ik iemand die zich meer zorgen lijkt te maken over andere mensen dan over haar eigen situatie. Ze is alleenstaande moeder van twee en leeft al een tijdje van een uitkering. Overal in de woonkamer liggen spullen die ze krijgt en vervolgens weer weggeeft. Ze zegt zelfs te zoeken naar gratis koelkasten en fornuizen voor mensen die geen nieuw exemplaar kunnen kopen.

Boevrouw van de buurt

"Ik wil andere minimamensen helpen", zegt ze daar zelf over. "Zo ben ik opgevoed. Dat zit in me." Vooral het lot van kinderen gaat haar aan het hart. "Soms lopen jongens en meisjes van 's ochtends vroeg tot 's avonds laat op straat. Dan mogen ze hier bij mij komen. Vaak blijven ze dan de hele dag. Ze hebben dan bijvoorbeeld alleen een vader of een moeder die de hele dag werkt." Voor de kinderen is er een boterham en een pakje drinken. In grote hoeveelheden gekocht in de aanbieding uiteraard.
Ze organiseert deze zomer weer spelletjesmiddagen in de buurt voor de jongsten, barbecues voor de ouderen en zet zwembadjes neer als het buiten warm is. Als er veel auto's over straat rijden, laat Mia haar deur open staan of gaat ze voor haar woning zitten om in de gaten te houden dat er geen ongelukken gebeuren. Dat is een gevolg van een traumatische herinnering aan een ongeluk dat ze op Curaçao zag gebeuren: een kind rende achter een bal aan een drukke straat op. Verder heeft ze het regelmatig aan de stok met de mannen en jongeren die bier drinken in de speeltuin voor haar deur. "Dan blijven er flesjes liggen en zeg ik er wat van. Ja, dan ben ik even de boevrouw van de buurt."
Deze vond ze in haar tuin om door te geven: een puntgave trui.
Deze vond ze in haar tuin om door te geven: een puntgave trui. © Rijnmond
Onlangs was Mia Hansen bepaald niet de schrik van de buurt. Ze vond een tas met nog puntgave kleding van de merken Russell Athletic en Puma in haar achtertuin. "Ik heb aan iedereen gevraagd van wie het was, maar niemand wist het", lacht ze. "Mensen hier in de buurt weten als ze wat nodig hebben: ik ga naar Mia, die kan me misschien wel helpen. Ik krijg soms tweedehands kleding en die geef ik weer door. Als mensen wat willen weggooien neem ik het soms mee. Kijk hier, net gehad: kussens voor tuinstoelen in een mooie hoes. De kleren check ik trouwens altijd wel altijd eerst op vlekken"

Nog maar één fles melk

Het is een systeem van geven en nemen in de niet al te rijke Vogelbuurt en Mia Hansen is daarin een middelpunt. Er zijn er meer, zoals de sociale koffiebar waar via de geefkast elke dag tientallen spullen van eigenaar wisselen. Ik weet het nog uit mijn tijd als verslaggever in Rotterdam-Zuid: waar veel arme mensen wonen, zijn er altijd reddende engelen die het niet breed hebben, maar toch te hulp schieten. Mia is typisch zo iemand. Ze kent veel mensen en ruilt, handelt en bemiddelt. Zo blijven veel gezinnen die het maar met een paar tientjes per week moeten doen toch min of meer met het hoofd boven water.
Zelf merkt ze goed dat het leven duurder wordt, zegt ze. "Met twintig euro boodschappen kon ik vroeger echt een paar dagen doen. Als je nu fruit koopt om mee te geven naar school, is dat echt in twee dagen op. Ik koop nog maar één fles melk per week. Vroeger waren dat er twee. Het doet haar pijn, maar er is minder fruit voor de kinderen.
"Ik geloof in het woord van God, ik ben een gelovig mens", zegt ze over haar drijfveren. Verder speelt haar moeder een belangrijke rol. "Vijftien jaar geleden is ze overleden. Zo deed zij het ook en ik denk dat ze zou willen dat ik zoveel mogelijk andere mensen help. Ik moet zorgen voor brood op tafel. Voor mijn kinderen en soms voor de kinderen van anderen. Soms schamen mensen zich en durven ze geen hulp te vragen. Daar praat ik dan met ze over. Of is hun Nederlands niet goed genoeg en weten ze de weg naar hulp niet. Mijn Nederlands is ook niet perfect, maar ik red me goed. Dan help ik ze op die manier."
Mia's woonkamer staat vol met spullen die ze krijgt en weer weggeeft.
Mia's woonkamer staat vol met spullen die ze krijgt en weer weggeeft. © Rijnmond
Die houding had ze al als tiener op Curaçao. "Ik werkte in de horeca en elke dag gooiden we veel overgebleven voedsel weg. Dat wilde ik 's avonds aan de daklozen geven, maar dat mocht niet van mijn baas. Hij maakte zich zorgen over de regels. Als jullie je mond houden, doe ik het toch, zei ik tegen mijn collega's. Elke dag na werk bracht ik vervolgens mensen te eten. Mijn baas heeft het nooit geweten."
Eén droom heeft ze nog voor zichzelf. "Ik wil graag een gastouderbedrijf beginnen. Of een pleeggezin starten. "Kinderen, hun lot trek ik mij het meeste aan. Zeker nu in deze moeilijke tijden. Kinderen die gepest worden, omdat hun ouders geen merkkleding kunnen betalen. Daar doet mijn hart pijn van."
We blijven Mia en mensen in vergelijkbare situaties volgen. Hoe houden ze het hoofd boven water in deze dure tijden? Tips over dit onderwerp zijn welkom en kunnen naar: maurice.laparliere@rijnmond.nl

💬 WhatsApp ons!
Heb jij een tip voor de redactie? Stuur ons een bericht, foto of filmpje via WhatsApp ons of Mail: nieuws@rijnmond.nl