Arbeidsinspectie: werknemers DuPont jarenlang blootgesteld aan gevaarlijke stoffen

De inspectie concludeert dat het bedrijf meer kennis had over de stoffen dan de overheid. Er waren destijds ook geen wettelijke maxima voor de blootstelling aan die stoffen.

In de inmiddels gesloten lycra-fabriek werd gewerkt met DMAC. Die stof zorgde onder meer voor miskramen en vruchtbaarheidsproblemen. DuPont ontkent schuld. "Onze werknemers werden goed beschermd en hun gezondheid werd gemonitord", zegt Willem Buitelaar van het Dordtse bedrijf.

Waarom dan toch tientallen vrouwen van de toenmalige inpakafdeling last kregen van zwangerschapsproblemen, onvruchtbaarheid, miskramen en doodgeboren kinderen kan ook hij niet verklaren: "Dat is een goede vraag." In het rapport van de inspectie staat dat DuPont die afdeling beschouwde als eentje met 'low risk'.

Bij een andere fabriek van DuPont, de teflon-fabriek, werd gewerkt met PFOA (ook wel C8 genoemd). Het bedrijf wist al in de jaren '70, dat DMAC en PFOA gezondheidsproblemen konden geven. De werknemers werden daarom regelmatig medisch getest, maar de kennis werd niet gedeeld met de overheid.

De teflon-fabriek is inmiddels overgenomen door Chemours. Dat heeft PFOA vervangen door GenX, dat ook gezondheidsrisico's zou geven. Het ministerie doet daar onderzoek naar.

Het rapport van de Inspectie wordt door het ministerie niet gebruikt om een oordeel te vellen over DuPont, maar als "lessen voor de toekomst", zegt minister Asscher.

Via het arbeidsrecht is DuPont meer aan te pakken. De verjaringstermijn van vijf jaar, die daarvoor staat, is verstreken.

Om situaties als met DuPont in de toekomst te voorkomen wil minister Asscher deze termijn oprekken. Verder wil hij meer arbeidsinspecteurs aanstellen en een platform instellen, waar bedrijven hun kennis over gevaarlijke stoffen verplicht moeten delen.

Er wordt nog onderzocht of DuPont strafrechtelijk kan worden vervolgd.