HUMANS OF RIJNMOND

De wonderbaarlijke verzameling van muziekarchivaris Roland Vonk: 'Als Rijnmond belt, zeg ik: ‘Wie is er dood?’'

Voor Roland Vonk is zijn muziekverzameling zijn levenswerk geworden
Voor Roland Vonk is zijn muziekverzameling zijn levenswerk geworden © Rijnmond
‘Goedemorgen, goedemiddag, goedenavond.’ Het is een uitspraak die menig Radio Rijnmond-luisteraar niet onbekend in de oren zal klinken. Iedere zondagochtend opent muziekverzamelaar, radiomaker en schrijver Roland Vonk (63) er zijn programma mee, waarna hij honderduit verhalen vertelt uit zijn grenzeloze regionale muziekarchief. “Alleen al om mijn luisterachterstand in te halen, moet ik minimaal 300 worden.”
“Welkom in het culturele hart van de stad”, zegt Roland gekscherend, terwijl we zijn archief binnenstappen. Mijn mond valt open.
Langs de wand tel ik in één oogopslag duizenden lp’s. “De singletjes en cd’s liggen ook bij elkaar”, wijst Roland. “Dat loopt door in het opkamertje. De 78 toerenplaten staan boven, want die konden er niet meer bij.” Hoe verder we door zijn archief bewegen, hoe groter mijn verbazing wordt. De geur van papier mengt zich met iets wat doet denken aan een tweedehandswinkel. “Dit is allemaal bladmuziek, dat verzamel ik ook. Achter je ligt mijn knipselarchief, met foto’s.” Digitaal gaat dat nog verder, vertelt hij.
In dit grenzeloze archief leven artiesten uit de regio voort
In dit grenzeloze archief leven artiesten uit de regio voort © Rijnmond
In het vier verdiepingen tellende herenhuis vlak bij de Bergweg in Rotterdam-Noord stapelt de muziekgeschiedenis zich letterlijk op. Wie het huis passeert, zal zich met geen mogelijkheid kunnen indenken hoeveel verhalen hier bewaard worden. Het is een onuitputbare bron van informatie, waarmee Roland zijn radioprogramma’s vult.
Zo behoedt hij naar eigen zeggen muzikaal erfgoed voor de vergankelijkheid. Artiesten die al decennialang onder de grond liggen, leven hier voort, omringd door allerlei andere grote en kleine muzikanten uit Rotterdam en omstreken.
Zijn kennis over die muzikanten lijkt oneindig ver te reiken. Gedurende ons gesprek noemt hij steeds terloops wat namen van artiesten van de oude garde, steevast gevolgd door: “Die ken je niet”. Wat dan ook blijkt te kloppen.
Dat weerhoudt hem er niet van de verhalen te delen. Hij is gewend om te vertellen. Al bijna 25 jaar is Roland wekelijks op de radio te horen met Archief Rijnmond. Iedere week nadert zijn pensioenleeftijd een beetje meer, terwijl zijn archief voortdurend blijft groeien. Maar als de dagen straks niet meer in het teken staan van structuur en opgelegde verplichtingen, dan kan Roland pas écht beginnen. Van kantoorbanen was hij toch al nooit. Voor hem overstijgt de muziek de dagelijkse bezigheden. Het is zijn levenswerk.

Hoe is deze verzameling eigenlijk begonnen?

“Ik heb kortere of langere tijd bouwkunde, rechten, medicijnen en psychologie gestudeerd. Rechten heb ik ook afgemaakt. In psychologie heb ik m’n propedeuse. Ik heb een jaar gewerkt bij wat ik zelf het Mysterie van Justitie noemde, maar dat was verschrikkelijk. Ik beschouw mezelf voor een groot deel arbeidsongeschikt. Meerdere dagen in de week op een bepaald tijdstip in een gebouw moeten zijn en daar dan dingen moeten doen die met jou zelf niets te maken hebben, dat is niets voor mij.”
“Ik werk nu zo’n 35 jaar voor Rijnmond. Mijn programma op zondag maak ik dit jaar 25 jaar. Dat klinkt niet heel avontuurlijk, als je zo lang bij één baas werkt, maar ik ervaar het wel als zodanig. Ik heb ook het gevoel dat ik hier achter de computer allemaal avonturen beleef. Ik blijf altijd nieuwsgierig naar wat er op de platen staat die ik tegenkom en niet ken.”

Een ontdekkingsreis?

“Ja. Ik voel me niet echt een diskjockey. Het is meer een soort geluidsarcheologie voor mij.”

Wat maakt dit werk anders dan bij ‘het Mysterie van Justitie’?

“Dit komt voort uit mijn eigen belangstelling. Ik heb helemaal geen scheiding tussen werk en privé. Deze muziekverzameling heeft mijn hele leven overwoekerd. Het weerspiegelt heel erg hoe ik ben. Ik kan hoog of laag springen, maar er is geen ontkomen aan.”

Ik kan me wel voorstellen dat je soms een beetje verdwaalt hier. Kom je weleens buiten? Heb je sociale contacten, mensen die je regelmatig ziet?

“Het grootste gedeelte van m’n leven bestaat eigenlijk wel hieruit, ja. Bijna alle contacten die ik heb, hebben hiermee te maken. Als ik met iemand afspreek, dan is dat een andere verzamelaar. Die heeft iets voor me en ik voor hem. Of een artiest. Vanmorgen was hier iemand van een bandje dat een nieuwe plaat heeft uitgebracht. In intensieve vriendschappen ben ik niet zo goed eigenlijk.”

Mis je dat?

“Nee, voor mijn gevoel zit ik hier als een spin in m’n web. Via de computer houd ik met heel veel mensen contact gedurende de dag.”
“Op de schaal van Asperger scoor ik vrij hoog. Je zal het in de omgang niet zo merken, want ik maak graag een praatje. Als mijn vrouw de hond uitlaat, dan is ze drie keer zo snel terug als ik. Van iedereen wil ik van alles horen. Ik zie mensen eigenlijk als een soort wandelende verhalentrommel.”
“Ik kan soms weleens mensen benijden die heel erg goed gedijen in gezelschappen of die wekelijks afspreken met een vriendengroep, maar ik ben bang dat ik dat talent niet heb. Er was wel een vriendengroep uit m’n studententijd, die ben ik zelf begonnen. Maar op een zeker moment had ik er geen zin meer in. Ik had al die verhalen al honderd keer gehoord. We bleven hangen in hetzelfde.”
De meeste tijd brengt Roland door tussen zijn platen
De meeste tijd brengt Roland door tussen zijn platen © Rijnmond

Is er iemand met wie je het opvallend goed kunt vinden?

“Kees Korbijn (Rotterdamse zanger 1926-2012, red.) was wel een soort van mijn beste vriend. Dat had ook weer te maken met muziek. Af en toe ging ik bij hem op de thee. In dat kleine huisje in Vreewijk heb ik in de loop van de jaren mijn eigen gewicht aan koekjes en chocolaatjes gesnaaid. Als ik bij Kees een naam noemde, dan kwamen er allemaal verhalen. Bovendien had hij het unieke talent om zijn gedachten en observaties heel snel te kunnen kanaliseren in een goedlopende liedtekst. De muziek was meestal secundair.”
“Ik geloof dat het bij mensen met Asperger wel vaker voorkomt dat ze vriendschappen opbouwen met mensen van een andere generatie. Ik denk ook niet dat ik de beste vriend van Kees was, hoor. Maar voor mij was hij… Hij stond voor het amusement waar ik me in vastbijt en waar ik graag alles van wil weten, verzamelen en ordenen. Ik mocht hem bijzonder graag. Tien jaar geleden is hij overleden. Toen was hij 86, maar toch.”

Wat deed het met je toen hij stierf?

“Dat zat eraan te komen. Al een tijdje had hij kanker. Er stond een ziekenhuisbed in dat kleine huisje. Maar los van de persoon stierf daarmee ook mijn toegangspoort tot ervaringen en verhalen uit het amusementsverleden.”

Denk je dat jij nu zo iemand bent voor andere mensen?

“Uit tweede hand, maar ook een beetje uit de eerste. Ik word vaak geraadpleegd. Dat vind ik leuk aan de regionale omroep. Ik zit niet vanuit mijn ivoren toren te zenden, maar het is tweerichtingsverkeer.”
“Als een artiest uit de regio komt te overlijden, dan vraagt Rijnmond me om er iets zinnigs over te zeggen. Als Rijnmond belt, neem ik vaak op met: ‘Wie is er dood?’”

Maar op een gegeven moment ga je met pensioen.

“Ja. Op papier is dat over drieënhalf jaar. Maar dan ga ik pas echt beginnen.”

Dat klinkt als een levenstaak.

“Bij alles wat hier ligt, heb ik het idee en misschien soms de illusie dat ik er nog iets mee ga doen. Alles is werk in uitvoering. Alleen al om mijn luisterachterstand in te halen, moet ik minimaal 300 worden. En dan mag er in de tussentijd ook niets bij komen.”

Voelt dat dan niet wat overweldigend af en toe? Het leven is ook eindig.

“Nogal, ja. Daar ben ik me heel erg van bewust. Ik heb al heel lang een structureel probleem, namelijk dat ik meer wil dan waar ik tijd en energie voor heb.”
“In verzamelaarstermen ben ik een completist. Ik probeer alles te bezitten. Het voordeel daarvan is wel dat ik me nooit hoef te vervelen.”
Zodra Roland met pensioen gaat, heeft hij extra tijd om zijn luisterachterstand in te halen
Zodra Roland met pensioen gaat, heeft hij extra tijd om zijn luisterachterstand in te halen © Rijnmond

Is het ooit genoeg?

“Nee. Ik ken dat woord wel, maar gebruik het zelf bijna nooit. Ik heb natuurlijk weleens dat ik tegen de bergen, dozen en tassen aan kijk en denk: ‘Waar ben ik eigenlijk mee bezig? Wat is dit voor waanzin?’ Dan neem ik me voor om niets meer te kopen. Maar ja, dan zie ik weer iets wat in de collectie hoort.”

Waar gaat die collectie heen als jij er niet meer bent?

“Dan belt mijn vrouw het stadsarchief. Maar ik zit een beetje in dubio, want gemiddeld genomen heb ik meer vertrouwen in gepassioneerde, individuele verzamelaars dan in instituten. Daar zijn ze veel selectiever dan een obsessieve verzamelaar is.”

Dus het gaat in ieder geval voortleven op een andere plek?

“Ja, dat mag ik hopen. Er is een heel mooi lied van Dorus, dat hij aan het eind van zijn leven gemaakt heeft. De conclusie die hij dan trekt uit zijn leven vond ik hartverscheurend. ‘M’n hele leven heeft bestaan uit parels rijgen aan een draadje zonder knoop.’ Hij had het gevoel dat het netto uitlekgewicht van zijn leven nul was. ‘Parels rijgen’, heet het. Dat is een geweldig mooi nummer. Hij was sowieso een groot artiest.”

Wat had er met al die parels moeten gebeuren als jij er niet was geweest? Al die platen, al die mensen die doodgaan en waar niemand dan nog iets van weet?

“Er zijn altijd wel ergens mensen die zich daarom bekommeren. Of niet. Dan gaat er ook veel verloren. Dat was ook prima geweest.”

Wat heeft het dan allemaal voor zin gehad?

“Ja, het is allemaal maar tijdelijk. Bezit kan je niet meenemen. Ik benijd mensen die met heel weinig bezit zoveel mogelijk ervaringen opdoen.”
“Maar dit werk geeft veel richting en zin aan m’n bestaan. Het leidt wel ergens toe. Met zo’n verzameling bouw je iets op, aan informatie bijvoorbeeld. Alsof je een spoor achterlaat.”
“Het dient een doel in mijn universum. Het is een soort strijd. Ik probeer dingen te behoeden voor de vergankelijkheid en de vergetelheid. Om ze te redden, zogezegd. Terwijl, ja, ik heb mezelf weleens betrapt op de onzinnige gedachte: ‘Over een jaar of vier miljard dooft de zon, en m’n platen dan?’”
Dit artikel is onderdeel van de rubriek 'Humans of Rijnmond'. Iedere week vertellen we de bijzondere verhalen van mensen uit onze regio, om jou te inspireren en kennis te laten maken met de unieke mensen die onze regio rijk is. Ken jij iemand die we niet mogen missen? Stuur een mailtje naar thais.leopold@rijnmond.nl of een bericht op Instagram naar @rtvrijnmond.