AARDBEVING

'Noodfonds nodig voor ondernemers in aardbevingsgebied'

Ethem Emre, voorzitter Kamer van Koophandel Nederland-Turkije
Ethem Emre, voorzitter Kamer van Koophandel Nederland-Turkije © Rijnmond
De economische gevolgen van de aardbeving in Turkije en Syrië zijn groot, ook voor bedrijven in Nederland. Daarom moet er ook aandacht uitgaan naar ondernemers die actief zijn in het getroffen gebied. Dat zegt Ethem Emre, voorzitter van de Stichting Kamer van Koophandel Nederland-Turkije. De belangenvereniging wil een noodfonds oprichten voor met name de kleine ondernemers in het aardbevingsgebied.
In de getroffen regio is er veel landbouw, textielindustrie en er zijn twee havensteden: Iskenderun en het iets grotere Mersin. Volgens haveneconoom Bart Kuipers onderhouden hier grote rederijen als Maersk, MSC (Mediterranean Shipping Company, OCL (Ocean Container Lines) wekelijks een containerlijndienst tussen Rotterdam en de havensteden in het aardbevingsgebied.
In de nasleep van de ramp ontstond dinsdag in de haven van Iskenderun een brand tussen de containers op de terminal. Verschillende rederijen hebben hierop besloten hun werkzaamheden stil te leggen. Zo heeft de Deense vrachtvervoerder Maersk besloten de komende weken de haven niet meer aan te doen en worden de schepen naar andere havens omgeleid.
Het is onduidelijk hoe groot de schade is aan de lading. Ook de economische schade voor de plaatselijke ondernemingen in het getroffen gebied is nog onduidelijk. Maar dat er miljarden aan steun nodig zal zijn, is wel de verwachting. Vanuit Nederland zijn al tientallen vrachtwagens met ingezamelde goederen onderweg naar Turkije. Ook zijn vliegtuigen met hulpgoederen gecharterd.
Veel gemeenten, zoals Rotterdam, Schiedam, Capelle aan den IJssel en Zwijndrecht, geven 1 euro steun per inwoner aan noodhulp en op giro 555 wordt flink gedoneerd. Ook de provincie Zuid-Holland geeft ruim 150 duizend euro aan giro 555. Emre hoopt dat er voor de ondernemers ook steun komt en hoopt dat het ministerie van handel een financiële bijdrage levert. “Er lopen allerlei productielijnen met goederen tussen onze landen, dus er is ook een financieel belang dat Turkije en Syrië snel opkrabbelen.”
Volgens Emre zijn er 3500 Nederlandse bedrijven in Turkije actief en ongeveer 1500 Turkse bedrijven in Nederland. Zijn stichting zet zich sinds 2013 in voor Nederlandse ondernemers die in Turkije een bedrijf willen starten en voor Turken die in Nederland een onderneming willen opzetten.

Buurtwinkels en naaiateliers

Emre: “Het is terecht dat er nu eerst aandacht uitgaat naar de burgerslachtoffers en nabestaanden, maar we moeten ook alvast nadenken over de impact voor de ondernemers. In het gebied zijn twee belangrijke economische steden zoals Gaziantep en Adana. De aardbeving heeft niet alleen invloed op de industrie en de havens, maar ook op lokale markten, buurtwinkels en naaiateliers. En juist die laatsten worden vaak vergeten bij rampen als deze. Vaak zijn kleinere ondernemers niet verzekerd en krijgen ze onvoldoende steun vanuit de overheid.”
De voorzitter wil daarom juist deze doelgroep bijstaan: het cement van de samenleving. Hij zegt dagelijks contact te hebben met de getroffen ondernemers: Turken en Nederlanders met een Turkse onderneming, maar hij wil er ook voor de Syriërs zijn. Hij biedt ze nu vooral morele steun, maar verwacht dat er op termijn ook een financiële bijdrage nodig is. ”Ik denk aan een noodfonds voor ondernemers waarin alle belangenorganisaties in Nederland kunnen bijdragen. Turkije en Syrië kunnen dit niet alleen, de schade is te groot. Het zal nog jaren duren voor alles weer hersteld is.”

Inspelen op behoefte

Hij wil de regio nu niet belasten met onvoorbereide acties en zaken die niet nodig zijn. "Dat heeft geen nut. We hebben contact met lokale Kamer van Koophandels om te kijken waar er straks behoefte aan is, maar het beeld is daarvoor nu nog te onduidelijk." Complicerende factor bij de steun is dat Turkije geen EU-land is en dat aan de hulp bijzondere voorwaarden kunnen worden gesteld. Volgens de voorzitter moet nu niet moeilijk worden gedaan. “Turkije is wel een EU-kandidaatlidstaat en het is lid van de NAVO. Daarmee mag best rekening worden gehouden. Ook voor buurland Syrië geldt dat we nu niet te streng moeten zijn in deze situatie. Ga niet de formele kant op. Ondernemers willen hulp dus laten we daar op inzetten en geen bijkomende zaken een te grote rol laten spelen."

💬 WhatsApp ons!
Heb jij een tip voor de redactie? Stuur ons een bericht, foto of filmpje via WhatsApp ons of Mail: nieuws@rijnmond.nl