TWEEDE WERELDOORLOG

Hans vindt 6.600 gulden tijdens verbouwing, zak geld blijkt van NSB'er die Joodse panden opkocht

Het geld dat werd gevonden in een huis aan de Crooswijksesingel
Het geld dat werd gevonden in een huis aan de Crooswijksesingel © Hans van Soest/Rijnmond
Tijdens een verbouwing vindt Hans van Soest een grote zak geld in zijn huis. Ruim twintig jaar later besluit hij toch eens uit te zoeken waar het geld vandaan komt. Wat blijkt: het is waarschijnlijk afkomstig van een van de grootste zwendelaars van Joods vastgoed uit Rotterdam en omgeving in de Tweede Wereldoorlog, de NSB’er Hendrik Knetemann.
“In 1998 kochten we de bovenwoning aan de Crooswijksesingel van de verhuurder. We besloten het pand te verbouwen en hierbij de tussenwanden op te offeren voor de woonkamer. Terwijl ik met een koevoet bezig ben met het verwijderen van de planken, zie ik opeens een bruine zak. Ik sta op de ladder en geef de zak aan mijn vrouw en ga verder met wrikken. Tot mijn vrouw zegt 'Nou, Hans, misschien moet je toch even het werk onderbreken'."
Er blijkt zo’n 6.600 gulden in de zak te zitten: bankbiljetten die dateren van 1945 tot 1947. De huidige waarde hiervan is ruim 35.000 euro. Van Soest veilt het bedrag en neemt zichzelf voor ooit te achterhalen waar het geld vandaan komt. 25 jaar later besluit hij naar het stadsarchief te gaan, zonder al te veel hoop op de ware toedracht van het verhaal. Hij woont dan al lang niet meer op de Crooswijksesingel.
De Crooswijksesingel een paar jaar voor de oorlog
De Crooswijksesingel een paar jaar voor de oorlog © Stadsarchief Rotterdam
In het stadsarchief blijkt vrij gemakkelijk te achterhalen wie het geld waarschijnlijk heeft achtergelaten. Van 1949 tot 1957 stond de heer H.E.J. Knetemann op de Crooswijksesingel ingeschreven, samen met zijn vrouw en dochter. "Hij was hoogstwaarschijnlijk de eigenaar van het geld of had er in ieder geval mee te maken, want de biljetten stammen van precies de jaren voor zijn verhuizing."

Zoektocht op internet

Als Van Soest gaat speuren op internet, schrikt hij zich een hoedje. Op een website van het Joods Erfgoed komt hij tot de ontdekking dat Knetemann in bezit is gekomen van panden in Barendrecht van ene Abraham Koopman. Die Koopman blijkt in 1943 te zijn vermoord in Auschwitz.
Hij vervolgt zijn zoektocht en komt erachter dat Knetemann bij zo’n tweehonderd onteigende huizen te boek staat als de opkoper. Ook blijkt zijn naam meerdere malen op te duiken in een proefschrift van Raymond Schütz over het notariaat in de Tweede Wereldoorlog. Schütz schrijft dat Knetemann en zijn gezin fanatieke NSB’ers waren. "Bij elke gelegenheid hing de vlag uit en men was tegen hen voorzichtig met zijn woorden."
De huizenhandel waar Knetemann zich mee inliet, is een van de schandvlekken van de Tweede Wereldoorlog. Ruim 10 duizend panden en stukken grond in Nederland werden vanaf 1941 door de Duitsers onteigend. De eigenaren waren vaak ondergedoken of op transport gezet naar vernietigingskampen en de huizen werden doorverkocht aan niet-Joodse handelaren.

Vastgoed kopen

In principe was het verboden om deze onteigende huizen te verkopen. Het Koningshuis sprak zich stellig uit tegen de koop van onteigende goederen. Aan de andere kant stimuleerde koningin Wilhelmina vanuit Londen wel de Nederlandse burgers om vastgoed te kopen. Dat zou waardevast zijn en goed voor de economie.
“Ik denk dat veel mensen boter op hun hoofd hadden", zegt Van Soest. "Ze wilden gewoonweg niet weten wat er was gebeurd. Knetemann zei dat hij alleen vertelde dat de voormalige eigenaren onteigende Joden waren, als mensen er naar vroegen. Bij een opkoper als hij, een uitgesproken NSB’er, deed waarschijnlijk bijna niemand dat.”
Een van de biljetten die Hans van Soest vond
Een van de biljetten die Hans van Soest vond © Hans van Soest
Net voor het einde van de oorlog, op 12 april 1945, werd het gezin Knetemann aangehouden in Groningen. Knetemann heeft dan nog zes panden in bezit aan de Ochterveltstraat in Rotterdam West. “Waarschijnlijk kreeg hij die zes panden gewoon niet meer verkocht, omdat hij op de vlucht was geslagen. Veel NSB’ers vertrokken toen de geallieerden aan de winnende hand waren naar het noorden en het oosten."

Knetemann deed 'goede dingen'

De eigenaren van de zes panden, Willem en Mietje Henriques, blijken beiden op 15 oktober 1942 te zijn vermoord in Auschwitz. Vermoedelijk zijn ze direct bij aankomst vergast.
Knetemann werd gevangen gezet. Mevrouw Knetemann pleitte na de oorlog voor vrijlating van haar man. Van Soest: “Hij deed zulke goede dingen voor de samenleving volgens haar, zoals de oprichting van Steun het arme zwakke kind. Ongelooflijk wel dat ze dat opwierp, want die vereniging leek vooral op te komen voor de belangen van (kinderen van) NSB-sympathisanten.”
Terwijl vader Knetemann in de gevangenis zit, heeft het thuisfront zijn eigen problemen. Moeder en dochter zijn vertrokken van de chique Mathenesserlaan. Ze verblijven in een kelder aan de Noordsingel bij een van Knetemanns vaste partners tijdens de oorlog: huisschilder Evert Frederik Scheffel.

Bovenetage

In 1947 wordt Knetemann veroordeeld tot 2,5 jaar gevangenisstraf. Hij komt vanwege zijn voorarrest vijf maanden later vrij. Hij heeft dan een vermogen van ruim 47.000 gulden, met onder meer de zes woningen in de Ochterveltstraat.
Van Soest: “Alle bezittingen zijn in beslag genomen, zijn vermogen ook. Toch kon hij blijkbaar niet lang na zijn veroordeling een bovenetage huren op de Crooswijksesingel. Maar hoe dan? Als hij nog zwart geld had van voor 1945 dan kon hij daar onmogelijk een etage mee huren.”
Van Soest bedoelt hiermee dat na de oorlog alle bestaande bankbiljetten ongeldig waren verklaard. Iedereen moest aantonen dat zijn geld eerlijk was verkregen. Knetemann had natuurlijk geen enkele gulden eerlijk verdiend.

Witwassen

“Maar goed, je kon het zwarte geld misschien wel witwassen. Er waren veel middenstanders die een slecht jaar hadden gedraaid door de hongerwinter. Dus misschien dat zijn vrouw het met hen op een dealtje heeft gegooid? Het blijft gissen natuurlijk, maar waarschijnlijk is het naïef om te denken dat deze methode helemaal waterdicht was en er geen enkele foute gulden meer op de markt was.”
Het lijkt er in ieder geval op dat familie Knetemann twee jaar na de oorlog weer langzaam terug kon schuiven in de maatschappij. “Er bleek een instantie die meekeek of NSB’ers hun ideeën loslieten, de Stichting Toezicht Politieke Delinquenten. Van vrouw Kneteman zijn optekeningen dat ze weer het Rotterdams Nieuwsblad las en niet een NSB-krant. Waarschijnlijk hielden ze zich koest.
Hans van Soest
Hans van Soest © Rijnmond
Maar wat volgens Van Soest niet te bevatten is, is dat Kneteman verhuisde naar de Rochussenstraat en dat hij het geld niet mee heeft genomen. Daar lag de waarde van een kwart-huis destijds, achter die planken.

Het geheim van Knetemann

“Had hij zoveel zwart geld overal verstopt, dat hij toevallig deze zak was vergeten? Maar een nóg groter bedrag dan deze 6.600 gulden witwassen, dat lijkt mij een haast onmogelijke opgave terwijl je in de gevangenis zit.”
Van Soest hoopt dat de man het stomweg is vergeten. “En dat hij het zich na zijn verhuizing herinnerde en zich voor zijn kop sloeg, maar niet meer terug durfde te gaan naar de huidige bewoners. Maar ik zal het nooit weten. Zijn geheim, dat lijkt hij met hem in zijn graf te hebben meegenomen.”
Dit verhaal is mede opgetekend met de aantekeningen van Hans van Soest zelf.

💬 WhatsApp ons!
Heb jij een tip voor de redactie? Stuur ons een bericht, foto of filmpje via WhatsApp ons of Mail: nieuws@rijnmond.nl