ONDERWIJS
Bekendste schooldirecteur van Nederland werd 'met pek en veren Rotterdam uit gewerkt'

Hij was bevlogen, succesvol en had grootse plannen voor een 'kostschool voor de armen' op Zuid. En toen, plots, verdween directeur Eric van 't Zelfde uit Rotterdam. Stapte hij zelf op of werd hij gedwongen? Aan Rijnmond vertelt hij voor het eerst hoe zijn aftocht ging. "Ik dacht even: in wat voor maffiafilm ben ik terechtgekomen?"
Vroeger reed hij rond in een ‘schijtouwe Volvo’. Tegenwoordig verplaatst hij zich in een ‘dikke BMW’. Nee, in materieel opzicht heeft Eric van ’t Zelfde niks te klagen. Scholen waar hij als rector aan de slag kan? Hij heeft ze voor het uitkiezen. En in het lezingencircuit is hij een veelgevraagd spreker. Hij heeft er net weer een speech op zitten. In Moerdijk. “Verdien ik in een paar uur het maandsalaris mee dat ik had als beginnend docent.”
De tv-kijker kent hem als de bevlogen directeur van Dream School. In het programma doet hij, samen met voormalig bokskampioen Lucia Rijker, al seizoenenlang een poging om kwetsbare jongeren, die zijn vastgelopen in het onderwijs, weer toekomstperspectief te geven. Soms is hij de strenge rector die absente leerlingen per telefoon uit hun bed trommelt. Maar vaak ook een liefdevolle vaderfiguur, die gevraagd en ongevraagd advies geeft. Tot aan het gebruik van een condoom toe. "Beloof me dat het veilig gebeurt." Het leverde hem twee keer bijna een Televizier-Ring op.
En toch, zegt hij vanachter een kop koffie in De Ballentent in Rotterdam, knaagt er iets. Misschien wel dat wat zijn partner gisteravond laat nog tegen hem zei. “Eric, moet jij niet weer eens aanhaken bij je idealisme?”
Goh, zit ik toch weer naar Zuid te staren. Het is een beetje alsof je hunkert naar je ex
Goed onderwijs is allesbepalend voor je kansen in de maatschappij. Dat is een van de stokpaardjes van Van 't Zelfde. Hij ziet dat rijkeluiskinderen het wel redden binnen het huidige onderwijssysteem, desnoods met dure bijlessen en particuliere instituten als Luzac. Leeftijdsgenootjes uit armere milieus hebben het stukken lastiger. Ze beginnen vaak met een achterstand en blijven steken op de onderste treden van de arbeidsmarkt.
Om aan armoede te kunnen ontsnappen, zo herhaalt hij al jaren, hebben dit soort kinderen kwaliteitsscholen met de allerbeste docenten nodig. Maar kijk wat er in de praktijk gebeurt: leraren zijn overbelast en onderbetaald, het aantal openstaande vacatures in het onderwijs is schrikbarend.
Van ’t Zelfde – na Rotterdam, Gorinchem en Laren nu rector in het Friese Drachten – kijkt uit het raam van De Ballentent naar de schepen die voorbij trekken over de Maas. “Prachtig! Zó Rotterdams.” Maar de overzijde van het water boeit hem nog het meest. “Goh,” mijmert hij, “zit ik toch weer naar Zuid te staren. Het is een beetje alsof je hunkert naar je ex.”
Afvoerputje
Rotterdam-Zuid is het stadsdeel waar Eric van ’t Zelfde furore maakte. Tussen 2009 en 2016 was hij rector van het Hugo de Groot College in Charlois, een school die bekend stond als het 'afvoerputje van de stad'. Vijf jaar later kreeg 'de Hugo' het label 'excellent' en was het broeinest van spijbelaars, blowers en raddraaiers veranderd in een instituut met een slagingspercentage van 100 procent. Niemand ging zonder diploma van school. Sterker nog: ‘De Hugo’ ontpopte zich tot de meest succesvolle havo van Nederland en beste vwo van Zuid-Holland.
Zonder slag of stoot ging het allemaal niet. Van ’t Zelfde werkte ongemotiveerde leraren de deur uit. Alleen met een topteam vol ‘IQ, EQ en accu’ was de school volgens hem van de ondergang te redden. Een leerling, die een andere scholier op het toilet een pistool in de mond duwde, kon direct vertrekken. Net als tientallen andere agressors. De school moest een veilige haven zijn. Met één stelregel: je gedraagt je. Dat motto was van oma Van ’t Zelfde.
Met gevaar voor eigen leven sprong hij in de bres voor een 13-jarig meisje, dat als prostituee dreigde te worden verkocht naar Antwerpen
Als rector las hij alle leerlingendossiers en schrok van wat hij daarin tegenkwam: schrijnende armoede, verwaarlozing, huiselijk geweld, vader in de bak, moeder aan de drugs. De zorg voor zijn leerlingen reikte daarom ook veel verder dan de grenzen van het schoolplein. Met gevaar voor eigen leven sprong hij bijvoorbeeld in de bres voor een 13-jarig meisje, dat als prostituee dreigde te worden verkocht naar Antwerpen. Hij spoorde haar op in een hotel, waar ze – laveloos door de toediening van drank en drugs – verkracht was door een groep Afghaanse loverboys. Het meisje kwam vrij.
Op advies van de politie kwam er wel een bewakingscamera in zijn werkkamer. En bij acuut gevaar kon hij rekenen op een hamer, die met ducttape zat vastgeplakt onder zijn bureau.
De Rotterdamse rauwheid is er diep bij hem ingesleten, merkt hij in het veel lieflijkere Drachten. “Pas zag ik een auto stoppen voor de school en beende ik direct naar buiten. Met het idee dat iemand drugs kwam dealen. ‘Nee meneer’, zei de chauffeur. ‘Ik kom boterhammen voor mijn broertje brengen. Die is hij vergeten’.”

Van ’t Zelfde woont nog altijd op Zuid. Met zijn partner en twee tieners. “Ik wil hier niet weg. Dus op maandagochtend rijd ik naar Friesland. En op donderdagmiddag reis ik weer terug. In de auto luister ik altijd naar Radio Rijnmond. Geweldige zender, die tot bij Hilversum te ontvangen is. Als ik geen bereik meer heb, switch ik naar BNR. Bij Rijnmond gaat het over de Voedselbank, bij BNR hoor ik reclames voor Luzac. Da's nou het verschil. Erg toch dat de grootste bank van Rotterdam de Voedselbank is?"
In Friesland logeert hij in een soort tuinhuisje. “Waar je hier in Rotterdam soms wakker wordt van een politiehelikopter boven je huis, word je het daar van de fluitende vogels.”
Poepen, eten en slapen
Van oorsprong komt hij uit Schiedam. Een arbeidersmilieu, zonder vetpot. Ma is huisvrouw, pa is turbinemonteur bij Esso. Voor een andere baan bij de oliemaatschappij verhuist het gezin op een goed moment naar Schotland, waar de jonge Eric en zijn twee broers terechtkomen op een chique soort kostschool. “Zelf hadden we dat nooit kunnen betalen, maar de rekening ging naar Esso.”
Hij krijgt les van topdocenten, stuk voor stuk universitair geschoold. Ze hameren niet op wat hij niet kan, maar boren de kwaliteiten aan die hij wel in huis heeft. Zoals schrijven.
Eric van 't Zelfde heeft inmiddels twee boeken gepubliceerd: Superschool (over zijn tijd als rector van de Hugo de Groot) en het kinderboek De wonderbaarlijke avonturen van Gijs en opa. Een derde boek met de titel Code Rood (over management) is onderweg en verschijnt in september.
De school in het Schotse Edinburgh is voor hem de inspiratiebron voor een ambitieus plan. Met de Hugo de Groot als basis wil Van ’t Zelfde op Zuid een ‘kostschool voor de armen’ beginnen waar alle leerlingen tussen de 2 en 18 jaar onder de pannen zijn. Ook peuters dus.
“Ik weet van peuters dat ze veel moeten poepen, eten en slapen. Dat vind ik ontzettend goed van die peuters en dat moeten ze vooral blijven doen", zei hij daar destijds over in een interview. "Maar ik weet ook dat er veel peuters zijn bij wie aan deze primaire behoeftes al niet wordt voldaan. [...] Het gaat mij erom dat ze een schoon bedje hebben en een plek waar op hun voeding wordt gelet, waar gekeken wordt of ze geen blauwe plekken hebben. Het taalgebruik waarmee ze geconfronteerd worden, dat mag niet alleen Turks, Arabisch of Engels zijn, dat moet gewoon Nederlands zijn. Want de grenzen van je taal bepalen de grenzen van je wereld.”

Het nieuwe concept krijgt de werktitel Superschool. Van een leien dakje gaat het niet, maar Van ’t Zelfde krijgt er veel handen voor op elkaar. Politici zijn enthousiast en er is zelfs een schatrijke weldoener die het plan met miljoenen wil ondersteunen.
En toch komt de Superschool nooit van de grond. “Dat kwam onder meer door de verschillende schoolbesturen”, blikt Van ’t Zelfde terug. “Die gunden elkaar het licht in de ogen niet. Bijna alle bestuurders zijn bezig met hun eigen instituut en hun eigen goedbetaalde banen. Ze wilden niet samenwerken. Ze zagen het succes van De Hugo vooral als bedreiging.”
“Naarmate we meer leerlingen uit de vijver visten, bleef er voor andere scholen een beperkter restant over. Waar deze scholen in het verleden nagenoeg alle leerlingen binnenhaalden, waren de rollen nu omgekeerd. Het gevolg was dat deze scholen nu op hun financiën moesten letten. Dit leverde bizarre taferelen op. Zo mochten wij op sommige basisscholen geen voorlichting meer geven over ons onderwijs aan de leerlingen van groep acht en hun ouders, omdat andere besturen niet wilden dat deze kinderen naar de Hugo gingen. Op een andere basisschool vertelde een juffrouw van groep 8 alle ouders dat de Hugo de Groot nog steeds een slechte school was. Om haar stelling kracht bij te zetten, gaf ze de ouders een onderwijsartikel uit een oude Elsevier waarin de Hugo er inderdaad niet best vanaf kwam. Maar wat deze juffrouw vergat te vertellen was dat haar man lesgaf op een concurrerende christelijke school voor voorgezet onderwijs. Zo kwam de Hugo onder christelijk vuur te liggen.” (Eric van ’t Zelfde in zijn boek Superschool)
De onderlinge verhoudingen verharden. En die worden er niet beter op als de mediagenieke Van ’t Zelfde een veelgevraagde gast wordt in praatprogramma's. Andere scholen vinden dat hij te veel reclame maakt voor 'zijn' school. Als klap op de vuurpijl zendt de VPRO een lange tv-documentaire uit over de aanloop naar de Superschool. Van 't Zelfde wordt aan banden gelegd. Zonder toestemming van hogerhand mag hij niet meer in de media verschijnen.
Ook kijkt een onderwijsambtenaar permanent over zijn schouder mee naar wat hij aan het doen is. “Ik moest niks hebben van die dwarrel”, zegt hij. “Ik ben eigengereid en heb soms een grote bek. Maar ik kan wél iets voor elkaar boksen. Waarom moest ik met een soort afstandsbediening bestuurd worden?”
Op een gegeven moment stonden de verhoudingen zo op scherp dat je het conflict tussen Israël en de Palestijnen nog makkelijker kon oplossen
Op 'de Hugo' werkt hij zich intussen te pletter, net als zijn personeel. Werkweken van 60 uur zijn geen uitzondering, terwijl iedereen maar voor 36 uur betaald krijgt. Hij merkt wat een zware wissel dat trekt. "De enige reden dat wij het tot nu toe hadden gered, was het feit dat we de roofbouw op onszelf accepteerden en moed hielden in het aanzicht van tegenslagen", schrijft Van 't Zelfde in zijn boek Superschool. Docenten vragen hem om de toegangscode van de school, zodat ze ook in het weekend en in de avonduren bijles kunnen geven aan de leerlingen.
Intussen gaat het tijdens vergaderingen met het schoolbestuur enkel over de hand en de knip. "Iedere vergadering aan de top ging alleen maar over wat niét kon. De bezuinigingen kwamen een jaar lang als enige punt op tafel. Ik was de mening toegedaan dat onderwijs op Zuid onmogelijk is binnen de bestaande financiering. Moest er niet een andere oplossing komen, namelijk meer middelen naar Zuid halen? Het was een terugkerende ergernis waar ik moeilijk mee kon omgaan. Deze ergernis bracht nukkigheid met zich mee, waar anderen op hun beurt niet mee konden omgaan."
De situatie escaleert op z'n Rotterdams: sky high. “Op een dag stapte er een schoolbestuurder mijn werkkamer binnen met de mededeling dat hij drie cadeautjes voor me had. Als eerste kwam er een fles whisky op tafel. Daarna volgde een doos Cubaanse sigaren. In wat voor maffiafilm ben ik terechtgekomen?, dacht ik even. En toen kwam cadeau nummer drie: mijn ontslagbrief. Een uitgetypt verhaal, zogenaamd door mij geschreven. Ik hoefde er alleen nog maar even mijn handtekening onder te zetten. Dat weigerde ik. Dezelfde dag werd het zwart voor m’n ogen en eindigde ik in het ziekenhuis. Met plakkers op mijn pens, op de afdeling hartbewaking.”
Bitter
Hij schuift naar voren op zijn stoel. “Dit verhaal heb ik nog nooit verteld”, zegt hij. “En er komt geheid gelazer van. Maar ja, dit is wel zoals het is gegaan. Ik ben met pek en veren Rotterdam uit gewerkt. Natuurlijk heb ik nog wel overwogen om terug te vechten. Ik wilde mijn droomproject niet opgeven. Maar mijn broers, die allebei advocaat zijn, zeiden: 'Eric, wat heb je te winnen?' En ook al was het bitter, ze hadden gelijk."
Laatst kwam hij in de Albert Heijn nog een oud-leerling van de Hugo tegen, zegt hij. “Ik wist in wat voor moeilijke omstandigheden ze was opgegroeid. En zag nu een trotse, jonge vrouw. Ze studeerde pedagogiek aan de universiteit in Leiden, vertelde ze. Ik liep ontroerd de supermarkt uit. En besefte weer: dáár heb je het allemaal voor gedaan. En daar doe ik het nog steeds voor.”
Scholengemeenschap Hugo de Groot valt onder onderwijskoepel BOOR, die in een reactie laat weten dat de analyse van Eric van 't Zelfde over onderlinge concurrentie 'juist' is. "Dat bemoeilijkte het werk van individuele schoolleiders en scholen." Volgens BOOR heeft een convenant tussen de scholen op Zuid hier intussen veel verbetering in gebracht. Op het vertrek van Van 't Zelfde als directeur gaat BOOR niet in. "Het is best een tijd geleden en er zijn op dit moment geen collega's die daar nog kennis van dragen."
Marco Pastors was als directeur van het Nationaal Programma Rotterdam Zuid (NPRZ) betrokken bij de plannen voor de Superschool. “Eric stak met kop en schouders boven de andere schooldirecteuren uit”, reageert hij. “Dat riep veel weerstand op en dat had hij niet zo heel erg in de gaten. Hij wilde ook niet van compromissen weten. Op een gegeven moment stonden de verhoudingen zo op scherp dat je het conflict tussen Israël en de Palestijnen nog makkelijker kon oplossen. Of het jammer is dat de Superschool er niet is gekomen? Dat zullen we nooit weten. Wat ik wel weet, is dat Eric op Zuid veel heeft aangejaagd en bereikt. Een beetje zoals Riek Bakker dat heeft gedaan bij de totstandkoming van de Erasmusbrug. Wat mij betreft kan hij zo terugkomen. Op Zuid is nog genoeg te doen.”