ROTTERDAM
Hoe Mirjam en Saïda honderden kinderen met data en een persoonlijk plan een betere ontwikkeling geven

Als twee dames veel betekenen voor hun wijk, zijn het wel Mirjam van Rijn en Saïda Ouarirou. Met hun Team Toekomst werken ze aan het perspectief van vele basisschoolkinderen in Rotterdam-Delfshaven. Dat doen ze met een aanpak die is geïnspireerd door de zogenoemde West London Zone. Hun grootste doel? Álle kinderen de kans geven hun talenten optimaal te ontwikkelen.
Nee, zowel Van Rijn als Ouarirou zijn niet van het stilzitten. Beide vrouwen, al jaren actieve bewoners van Delfshaven, zijn echte aanpakkers. Zo richtte Van Rijn onder meer Hockeyclub Delfshaven op, de club die inmiddels al bijna 8 jaar bestaat. Van Rijn was daarnaast nauw betrokken bij de oprichting van de Sportspullenbank, waar tweedehands sportkleding en -materiaal ligt voor mensen die te weinig geld hebben om zelf spullen te kopen.
Mirjam van Rijn ging langs scholen, maar dat ging niet altijd zoals ze hoopte. "Ik vroeg of ik een lesje mocht geven. Ik heb een hartstikke leuke hockeyclub, ik heb sticks, ik heb alles, zei ik tegen de schooldirecteur: hoe kan het nou toch dat ik geen kindjes krijg van jouw school? Toen zei hij: gezinnen zijn aan het overleven. Ze zijn helemaal niet bezig met sport."
Het opende haar ogen. Want zo gaat het dus ook met andere goedbedoelde initiatieven, dacht ze. Al het aanbod wordt 'zomaar de school ingepompt', maar gesprekken over wat nu echt nodig is, ho maar. "Zo deed ik het ook altijd, maar de scholen zeiden: niemand vraagt ons wat. Ze vonden het ook lastig om te bepalen met welke partijen ze nou in zee moesten gaan.”
West London Zone
Toen Van Rijn voor haar werk eens naar Londen ging, kwam ze in aanraking met de West London Zone. “Dat was dé oplossing voor dit vraagstuk”, vertelt ze. “Dít mist er in de wijk."
De West London Zone is in 2015 ontstaan. Welzijnspartijen in de Londense wijk ontdekten dat ze te weinig samenwerkten. Kinderen raakten zo tussen wal en schip. Door beter te gaan samenwerken krijgen de kinderen een aanpak op maat en kunnen hun talenten veel beter worden benut.
Dat was ook wat Van Rijn met Team Toekomst voor ogen had: een samenwerking tussen meerdere partijen om ervoor te zorgen dat kinderen hun talenten écht optimaal kunnen ontwikkelen. Voornamelijk zij die dat duwtje in de rug nodig hebben, zoals kinderen op scholen met forse armoedeproblemen die niet of nauwelijks in aanraking komen met buitenschoolse activiteiten.
Met Ouarirou - vroeger jarenlang werkzaam voor de politie - werkte ze de plannen uit. Die zijn gericht op kinderen uit groep 5 en 6. "Toen Mirjam erover vertelde, werkte ik nog ergens anders. Ik vond het direct een gaaf plan. Iedereen heeft zijn eigen talent, alleen moet het gezien worden. Ik ben gaan meedenken en op een gegeven moment vroeg Mirjam: zou je niet iets met mij en Team Toekomst willen doen? Daar hoefde ik niet eens over na te denken."
'Of het Pietje, Mohammed of Fatima is, zien we niet'
Team Toekomst werkt voor een deel data gedreven. Dat wil zeggen: in eerste instantie kijkt men naar de sociaal-emotionele en cognitieve vaardigheden, die door datamodellen worden geanalyseerd. Op basis van diezelfde data wordt vervolgens bepaald waar kinderen behoefte aan hebben en hoe de sociaal-emotionele ontwikkeling en onderwijsprestaties beter kunnen worden.
"Als je met je kind op het consultatiebureau komt, zie je dat het kind een curve heeft", schetst Van Rijn. “In gewicht en in lengte. Als die curve afvlakt, is er iets aan de hand met de ontwikkeling. Zo’n zelfde curve heeft een kind op school.”

Zo is haarfijn te zien welk kind stabiel is en welk kind een duikeling maakt, voegt Ouarirou toe. "Of het Pietje, Mohammed of Fatima is, zien we niet. Onze bevindingen sturen we naar school. Zij maken ook zelf een analyse en houden dat naast onze gegevens."
Van buiten spelen tot huiswerkbegeleiding
Met school wordt bepaald welke kinderen extra hulp nodig hebben. Als ouders toestemming hebben gegeven om met Team Toekomst in zee te gaan, wordt – samen met de ouders en school - een persoonlijk ontwikkelplan gemaakt. "Bij een kind dat bijvoorbeeld heel onzeker is, kijken we naar welke partij of sport daarbij past", vertelt Ouarirou.
"Bij zo’n kind denken we bijvoorbeeld aan karate, of kickboksen. We proberen daarin ook echt een link te maken met sport en cultuur. Vertrouwen speelt daarin een belangrijke rol, net als veerkrachtigheid. Wanneer een kind sociaal nog wat kan leren, is een teamsport misschien iets. Na schooltijd gaan we dan met de ouder of het gezin naar de eerste voetbaltraining. We zorgen dat kinderen ingeschreven staan, dat ze landen. Hebben ze geen sportkleding? Dan gaan we eerst naar de Sportspullenbank. We staan echt naast het gezin."
Al in coronatijd werden bijna 60 gezinnen op verschillende manieren ondersteund, zegt Ouarirou. "Zo zorgden we dat iemand buiten ging spelen met het kind van een bedlegerige moeder en zorgden we voor huiswerkbegeleiding. Ik kende een expat die kinderen had die nu geen Nederlands zouden horen. Die heb ik gekoppeld aan een studente die op dat moment vastzat in Londen. Zij ging videobellend voorlezen aan het expatgezin, zodat die kinderen toch de Nederlandse taal hoorden. En er was een juf die een gezin van vijf weleens meenam naar het Kralingse Bos. We hebben toen al bijna 100 kids ondersteund."

Van drie naar elf scholen
In de zomer van 2020 werd het project Team Toekomst officieel afgetrapt op drie scholen: de Valentijnschool, Nicolaasschool en De Vlinder. De organisatie zette in op professionals uit de wijk, veelal moeders.
Nu, drie jaar later, is Team Toekomst in Delfshaven actief op elf basisscholen. Het doel is om dat aantal nog verder uit te breiden. "2500 van de 5500 basisschoolkinderen in Delfshaven hebben het structureel wat zwaarder", zegt Van Rijn. Van die 2500 kinderen zitten er ongeveer 700 in de groepen 5 en 6, de categorie waarop Team Toekomst dus het vizier op richt. "Dat moeten er minder worden. Het kan niet zo zijn dat in een rijk land als Nederland kinderen opgroeien met minder kansen."
Een jaar geleden werd het eerste traject van twee jaar afgesloten door in totaal 48 kinderen. Nu zijn het er al een stuk meer. "We helpen nu 150 tot 200 kinderen, waarvan er net 100 zijn afgezwaaid. In september komt er weer een hele lichting bij. Team Toekomst heeft nu 15 vaste professionals in dienst, allemaal uit de wijk. Daarnaast hebben we heel veel vrijwilligers. Ons streven is om uiteindelijk 500 kinderen te helpen. We moeten meer dan verdubbelen. Dat doen we tot nu toe ieder jaar. Als dat lukt, dan gaan we begin 2027 op wijkniveau verschil zien, bijvoorbeeld in de citoscores."
Brandbrief
Zo’n 80 procent van de bereikte kinderen zou zich positief hebben ontwikkeld, blijkt uit cijfers. Team Toekomst wordt ook in de wijk steeds populairder, blijkt ook uit een recente brandbrief van verschillende basisscholen in Rotterdam-West. Die was gericht aan Ahmed Aboutaleb. De Rotterdamse burgemeester werd gevraagd om actie te ondernemen om te voorkomen dat kinderen in Delfshaven afglijden naar de drugscriminaliteit. Die brief werd ondertekend door onder andere de wijkraad Bospolder-Tussendijken, maar ook door de Rotterdamse Ombudsman en Kinderombudsman Marianne van den Anker en Stans Goudsmit.
“Mooi hè”, reageert Van Rijn. “Wij waren daar niet bij betrokken. Dat hebben ze zelf bepaald. En aantal scholen staat in de wacht, omdat we beperkt zijn qua capaciteit. We moeten dat doorbreken. Door de brandbrief voelden we ons enorm gesteund en we hopen dat het op het stadhuis in goede aarde valt."
Het is iets wat ook Ouarirou vurig hoopt. "Op scholen zien ze de effecten. Ik sta er echt versteld van dat wat op papier stond, nu in de praktijk meteen effect heeft, terwijl het heel simpel is wat we doen. Zoals Johan Cruijff zei: voetbal is heel simpel, maar het is heel moeilijk om simpel te voetballen. Zo is het met dit verhaal ook. Eerst wist men niet wie we waren, nu merk je dat partijen zien wat we doen en dat we waarmaken wat we zeggen. Er komt een moment dat ze echt niet meer om je heen kunnen.”