TWEEDE KAMER 2023
Joost Eerdmans (JA21) over Pim Fortuyn, immigratie en het Rotterdamse niet lullen maar poetsen

Joost Eerdmans is een van de vier Rotterdamse lijsttrekkers die meedoen aan de Tweede Kamerverkiezingen. Met zijn naar eigen zeggen conservatief-liberale partij JA21 jaagt hij op kiezers in de rechterflank. Maar daar komt hij veel andere partijen tegen, waaronder zijn oude partij Forum voor Democratie.
De verkiezingen van woensdag beloven spannend te worden. Niet alleen voor de partijen die de grootste hopen te worden en daarmee de premier te leveren, maar ook voor kleinere partijen zoals het JA21 van Joost Eerdmans. In de meest recente peilingen staat zijn partij op twee zetels, met alle onzekerheidsmarges van dien.
De 52-jarige Eerdmans is een politieke veteraan met een bijzondere carrière in zowel de landelijke als de lokale politiek. Hij was raadslid, wethouder (in Rotterdam en Capelle, namens respectievelijk Leefbaar Rotterdam en Leefbaar Capelle) en locoburgemeester van Rotterdam. Daarvoor was Eerdmans Kamerlid namens de LPF, de partij van Pim Fortuyn. In de nadagen van de LPF richtte hij met oud-Leefbaarwethouder Marco Pastors Eén NL op, maar het lukte die partij niet om bij de verkiezingen van 2006 in de Tweede Kamer te komen.
Eind 2020 begon Eerdmans samen met onder andere de Amsterdamse Annabel Nanninga JA21, nadat de twee zich hadden afgesplitst van Forum voor Democratie. De partij behaalde drie zetels bij de verkiezingen van twee jaar geleden.
De aanloop naar de verkiezingen van 2023 verliep niet goed voor JA21: in augustus verlieten twee Kamerleden de fractie om zich aan te sluiten bij de BBB. Daarna stapten ook nog eens twee Europarlementariërs op. De partij draait nu om Eerdmans, Nanninga (de nummer 2) en het Rotterdamse Leefbaar-raadslid Simon Ceulemans. Laatstgenoemde staat derde op de kieslijst.
In de Tweede Kamer zitten veel Rotterdammers. Om er een paar te noemen: Barbara Kathmann (PvdA), Stephan van Baarle (Denk) en Henri Bontebal (CDA). Is er een Rotterdamse manier van politiek bedrijven?
“Ongeacht van welke partij je bent, hebben we allemaal dezelfde mentaliteit. Niet lullen maar poetsen. Rechttoe, rechtaan. Zeggen waar het op staat. We hebben als Rotterdamse Kamerleden vaak aan een half woord genoeg. We lopen niet de deur bij elkaar plat, maar het is leuk elkaar te zien, we delen een Rotterdams verleden en we snappen elkaar misschien wel beter dan de mensen die hier niet vandaan komen.
Ik heb in de Kamer bijzonder harde aanvaringen gehad met Van Baarle en pittige debatten gevoerd met Kathmann, Achter de schermen weten we dat het niet persoonlijk is, dat je elkaar niet persoonlijk wil raken of beschadigen.”
Welke Rotterdamse politieke ervaring heeft u meegenomen naar de Tweede Kamer?
“In Rotterdam heb je een politieke gemeenteraad. Die is daarmee een goede voorbereiding op het werk in de Tweede Kamer. Je hoeft raadsleden die de overstap maken niet meer op een debattraining te sturen. En door de bestuurservaring die je als wethouder opdoet, leer je problemen van alle kanten te bekijken.
Die ervaring is zeer nuttig, omdat het je leert kijken naar de haalbaarheid, uitvoerbaarheid en daarmee het realisme van ideeën en plannen waarmee collega’s in de Kamer de boer mee opgaan.”
Waarom verliet u twee jaar geleden – u was toen fractievoorzitter van Leefbaar – de Rotterdamse politiek?
“Ik was al negen jaar wethouder geweest, en ik besloot dat dat genoeg was. Ik had zin om weer actief te worden in de arena van de landelijke politiek, het handwerk te doen van een volksvertegenwoordiger. Een bewuste keuze dus.”
Zijn de verwachtingen uitgekomen? De afgelopen maanden waren niet leuk met het opstappen van de twee fractiegenoten.
“We kwamen in 2021 de Tweede Kamer binnen met drie zetels en dat doet niet iedereen je na. Ik heb een voldaan gevoel wat we met die drie zetels hebben kunnen bereiken. We hebben een meerderheid kunnen krijgen voor ons voorstel om de bejaardentehuizen terug te krijgen.
Met de VVD heb ik een wetsvoorstel gemaakt over een woonverbod voor veroordeelde moordenaars. Die mogen na het uitzitten van hun straf niet meer terugkeren naar de omgeving waar de nabestaanden van hun slachtoffers wonen. En we hebben het Amber Alert weten te behouden, want dat stond op het punt om te verdwijnen.
Het is jammer dat we dat interne gedoe hebben gekregen. We hebben daar een streep onder gezet, want kiezers willen dat je verdergaat. En ik ga liever verder met mensen die erin geloven dan met mensen die twijfels hebben. We zijn weer opgekrabbeld. De karavaan gaat door, we trekken verder. Ik zeg altijd: ‘Het is belangrijker dat je laat zien hoe je ermee omgaat dan dat er iets gebeurt.’ Want dat er iets onderweg gebeurt, dat overkomt bijna alle partijen.”
Opvallend: op de lijst van JA21 staan twee politici met een Leefbaar-achtergrond: op nummer 3 raadslid Simon Ceulemans en huidig wethouder Ronald Buijt als lijstduwer op plek 32.
“Beiden zaten al vroeg aan de keukentafel bij de oprichting van JA21. Voordat Buijt wethouder was, dacht hij bij ons strategisch mee en was hoofd van ons fractiekantoor. Ceulemans is mijn steun en toeverlaat als fractiemedewerker en laat zich goed zien als raadslid.
Er is geen partijcombinatie tussen Leefbaar en JA21, maar we hebben wel hetzelfde soort DNA. Vanaf Pim Fortuyn en Leefbaar is de stad daardoor veranderd. Die mentaliteit van doorzetten, niet zeuren maar aanpakken en kijken wat mogelijk is in plaats van wat niet haalbaar is, is ook landelijk nodig.”
De veel gedeelde opinie is dat Rutte IV en de kabinetten daarvoor veel problemen niet hebben aangepakt. Daarom hebben we nu een wooncrisis, stikstofcrisis, asielcrisis, klimaatcrisis. Kiezers willen dat die problemen worden opgelost.
“Fortuyn gaf destijds een focus aan: we moeten het hebben over de menselijke maat in de zorg. We moeten het hebben over de migratie, integratie en veiligheid. Die analyses van hem zijn helaas nog steeds heel actueel. En daar zou JA21 graag zijn tanden in willen zetten.”
Het vertrouwen van de kiezer in de politiek en politici is mede daardoor laag. En dat komt ook door de soms ruwe omgangsvormen in de Tweede Kamer. Voelt u zich aangesproken?
“Vorige maand stak Sylvana Simons (BIJ1) tijdens een debat in de grote zaal van de Tweede Kamer een middelvinger naar me op. Dat vind ik beneden alle peil. Of Forum voor Democratie die allerlei rare opmerkingen maakt. Wat ook niet meewerkt was dat na de vorige verkiezingen precies hetzelfde kabinet terugkwam dat was opgestapt.
Ik hoop dat het nieuwe kabinet andere prioriteiten gaat stellen en daarmee meer raakvlak krijgt met de gewone leefwereld van mensen. Je zag dat eerder dit jaar bij de provinciale verkiezingen, toen massaal BBB werd gestemd. In grote delen van het land, en zeker ook in Rotterdam hebben mensen het gevoel dat ze zijn vergeten.
Die mensen zijn niet afgehaakt, maar ze zijn in de steek gelaten. Die denken: ‘Ik moet maar betalen en betalen, maar ik zie daar niets voor terug. Mijn kinderen kunnen geen huis krijgen, terwijl statushouders woningen met voorrang krijgen’. Wij komen voor deze kiezersgroep op en door nieuwe bezems te laten vegen, kunnen we misschien hun vertrouwen terugwinnen.”
JA21 is een partij met een stevige Rotterdamse basis. Als uw partij in de regering komt, wat betekent dat voor deze stad?
“De belofte dat de spreidingswet voor de opvang van asielzoekers niet doorgaat. Rotterdam wordt dan niet gedwongen om asielzoekers op te vangen. We willen sowieso een asielstop. Grote aantallen statushouders worden nu met voorrang geplaatst in sociale huurwoningen, en wij willen dat Rotterdammers voorrang krijgen: wie het langst op de wachtlijst staat, krijgt als eerste een woning.
Onze belangrijkste partijpunten zijn asiel en immigratie. We moeten de knop omzetten. De hele wereld komt deze kant op, omdat ieder asielverzoek hier in behandeling wordt genomen. Daar moeten we vanaf. Wij zeggen: ‘Kijk naar het Deense model’. Denemarken handelt buiten de Europese Unie zijn asielverzoeken af in landen waarmee het afspraken heeft gemaakt. Wij zouden in het nieuwe kabinet graag de minister van Migratie willen leveren om dit te realiseren.”