nieuws

EC 50 jaar: Feyenoord wankelt in Oost-Duitse klucht

Keepers Eddy Treijtel en Eddy PG inspecteren het veld samen met Oost-Duitse militairen. (Bron: Nationaal Archief)
Keepers Eddy Treijtel en Eddy PG inspecteren het veld samen met Oost-Duitse militairen. (Bron: Nationaal Archief)
Een halve eeuw geleden leidde een reeks van negen wedstrijden Feyenoord naar de historische winst in de Europa Cup voor landskampioenen, een volksfeest en eeuwige roem. Rijnmond gaat dit seizoen terug in de tijd en brengt alle wedstrijden van toen exact 50 jaar later tot leven. Vandaag: uit bij Vorwärts Berlin op 4 maart 1970.
Achteraf bezien was de wedstrijd tegen legerclub Vorwärts Berlin de bizarste en waarschijnlijk ook het lastigste duel op weg naar de Europa Cup. Op een ongeschikt en levensgevaarlijk zand- en ijsveld kwam Feyenoord in de toenmalige DDR met een nederlaag van 1-0 met de schrik vrij.

Militairen

“De grootste klucht in de historie”, schreef Ed van Opzeeland in 1980 in zijn boek ‘25 jaar Europa Cup’ over de wedstrijd. Toen Feyenoord twee dagen voor de wedstrijd in Oost-Berlijn arriveerde schrok het zich rot.
Honderden militairen waren bezig om met een heteluchtkanon, vrachtwagens met borstels, vlammenwerpers en pikhouwelen in het Walter Ulbrichtstadion een sneeuwlaag van 40 centimeter te verwijderen van het veld.
Met weinig succes. Door de inspanningen van het communistische Volksleger was de sneeuw goeddeels verdwenen, maar had plaats gemaakt voor een soort militair oefenterrein, waarop drassige stukken moeiteloos overliepen in keiharde ijsgrond.

Zandlaag

Ook arbiter Jones uit Wales vond dat de wedstrijd eigenlijk niet kon worden gespeeld. Maar onder druk van Oost-Duitse officials die het als gezichtsverlies zouden zien, durfde hij een afgelasting niet aan. Luttele uren voor de wedstrijd gaf de scheidsrechter nog opdracht om het hele veld te bedekken onder een laag van twee centimeter zand.
Toen dat was gebeurd, besloot Jones het onbespeelbare terrein goed te keuren. “Die man is gek”, foeterde Feyenoord-bestuurslid Gerard Kerkum. Maar de militaire druk en het feit dat ruim 10.000 Feyenoordsupporters de reis naar Berlijn voor niets zouden hebben gemaakt, speelden zeker door Jones’ hoofd, toen hij zijn beslissing nam. “We kunnen beter ski’s aan doen”, grapte Theo Laseroms.

Concentratie

Feyenoord-trainer Ernst Happel had in de dagen en uren voorafgaand aan de voetbalklucht vooral geprobeerd zijn spelers geconcentreerd te houden. Na inspectie van het veld waren die al min of meer uitgegaan van een afgelasting.
Door de strenge winter in de DDR had de Oostenrijkse trainer zich, zeer tegen zijn gewoonte in, zelf geen beeld kunnen vormen van Vorwärts. Informatie van derden leerde hem dat de kampioen van de DDR weliswaar geen topclub was, maar met hun fysieke en conditionele kracht uiterst taai kon zijn.
Op de glijbaan van ijs, modder, zand en grind nam Happel logischerwijs geen enkel risico. Hij koos voor een behoudende en ontregelende tactiek. Coen Moulijn bleef mede op eigen verzoek zelfs aan de kant; de lichtvoetige linksbuiten zou er met zijn dribbels kansloos op zijn. Linksachter Van Duivenbode werd vierde middenvelder en oudgediende Cor Veldhoen mocht als verdediger weer eens meedoen.

IJsbreker

Hoewel de stugge Oost-Duitsers vanaf het begin het initiatief grepen, bleef Feyenoord goed op de been. Met de bekende onverzettelijkheid die juist op de “waanzinnige woestenij” nodig was. En met gevaar voor eigen leven, dat wel.
Laseroms leek op “een zand-, sneeuw- en ijsbreker” die met zijn slidings diepe slipgeulen achterliet. Romeijn stond stevig te dekken en Veldhoen bleek een juiste keuze als betrouwbare back. IJzeren Rinus Israel toonde zich zoals altijd een waardige aanvoerder. “Ik ben er direct ingegaan met slidings. Het deed veel pijn, want er lag allemaal ijs onder het zand.”

Ergernis

Met Piet Vrauwdeunt na rust voor de onzichtbare Van Duivenbode raakte Feyenoord overmoedig. Met kort combinatiespel trachtte de stadionclub Vorwärts te overbluffen. Bijna had dat succes, toen uitblinker Hasil werd gevloerd en een penalty verdiende.
Maar die kwam niet. Ondertussen ergerde Happel zich aan zijn team. “In de eerste helft speelden we geconcentreerd en met geweldige inzet, maar na rust gingen we te veel voetballen. Tiktak, dat kun je niet op zo’n veld. We hadden de kop er niet bij.”
Inderdaad kreeg Feyenoord de rekening van het te optimistische spel gepresenteerd. Halverwege de tweede helft schoot Withulz in. Zijn inzet kaatste via Piepenburg in het doel.

Rood Romeijn

Wat daarna volgde, waren achteraf bezien de zwaarste minuten van Feyenoord in dat Europese seizoen. Luttele ogenblikken na de 1-0 beging Piet Romeijn een onvergeeflijke fout.
De impulsieve rechtsachter had zich zo opgewonden over de irritante acties van Piepenburg dat hij wraak nam met een stomp in de maag. Voor de ogen van de grensrechter. Scheidsrechter Jones aarzelde geen moment en stuurde de Feyenoorder richting kleedkamer.

Geknepen

Happel was er later woedend over. “Een gebrekkige professionele instelling van Piet”, oordeelde hij. “Dit was abnormaal. Hier moet Piet consequenties uit trekken.”
De dader in kwestie keek na afloop stil voor zich uit. Hij besefte, zo zei hij later, dat hij met zijn actie de ploeg in gevaar had gebracht. “Ze hadden met tien man de wedstrijd, de ronde en de Cup kunnen verliezen.”
En dat was een juiste constatering. Feyenoord wankelde op de Berlijnse zandvlakte in die laatste fase, maar bleef als hecht team op karakter overeind. Glijdend, bikkelend, tackelend, slidings makend. Met dank ook aan good-old Cor Veldhoen die in uiterste instantie op de doellijn redding bracht.
Groot was de opluchting toen Jones affloot. Veel later bekende Happel dat hij hem op de bank echt had geknepen. Later, veel later, toen Feyenoord de Europa Cup al had veroverd, blikte Rinus Israel terug op die bizarre farce in Berlijn. “Vorwärts is onze gevaarlijkste tegenstander geweest. Daar hadden we de Cup kunnen verliezen.”

Geheim wapen

Maar met een thuiswedstrijd in de eigen Kuip voor de boeg, was er toch een goed uitzicht op de halve finale. “Wij hebben meer kwaliteit, we moeten er in Rotterdam doorheen komen”, sprak Happel.
In de thuiswedstrijd zou hij bovendien het geheime wapen, Moulijn, kunnen inzetten. Die had op de reservebank zelf kunnen constateren dat Vorwärts geen oogstrelend team was, maar dat de Oost-Duitsers met hun teamgeest, kracht en inzet het Feyenoord niet makkelijk zouden maken.
Scheidsrechter Jones was na afloop een gelukkig man. De parodie op voetbal was afgesloten zonder breuken of andere blessures. “Het viel dus best mee.”
Dit artikel is een samenvatting van verhalen uit het in mei te verschijnen boek 'Voor Altijd De Eerste' van de Rotterdamse journalisten Ellen Mannens en Robert van Brandwijk. Zij reconstrueren daarin het historische Europa Cup-seizoen van Feyenoord.