nieuws
Rotterdam komt met maatregelen om ook in crisis woningen te blijven bouwen
Rotterdam komt met maatregelen om het bouwen van nieuwe woningen ook de komende jaren gewoon door te laten gaan, ook al gaat het met de economie misschien wat minder. Het voorstel is om tot 2040 ieder jaar zo'n 3 duizend huizen te bouwen.
Bij de vorige crisis werd de bouwsector in Rotterdam hard getroffen en is die uiteindelijk met dertig procent gekrompen. "Toen werden er per jaar maar zeshonderd huizen gebouwd, terwijl je per jaar gemiddeld 2 tot 3 duizend huizen nodig hebt. Dat is één van de redenen waarom we nu woningnood hebben", zo zegt de Rotterdamse bouwwethouder Bas Kurvers.
Woningnood
De gevolgen van een crisis voor de bouwwereld zijn pas laat zichtbaar. In het begin van de crisis gaat de bouw gewoon door met projecten die al in gang zijn gezet. Als er ondertussen geen nieuwe plannen worden gemaakt, zie je dat pas maanden later.
Dat de bouw doorgaat is volgens Kurvers hard nodig om de woningnood aan te pakken, maar hij wijst ook op het belang voor de economie: bouwen levert veel banen op. Niet alleen bij de bouwbedrijven, maar ook bij de toeleveranciers.
Plannen maken
Er moeten dus nieuwe bouwplannen gemaakt blijven worden de komende jaren. Ook moet een project snel aangepast kunnen worden, wanneer een partij afhaakt. "Bijvoorbeeld als een belegger toch niet meedoet; dan kunnen de woningen individueel verkocht worden. Een ander voorbeeld is dat als een hotel niet doorgaat, er dan appartementen van kunnen worden gemaakt", aldus wethouder Kurvers.
Ook wordt gedacht aan het eerder starten met voorbereide werkzaamheden van projecten. Als voorbeeld wordt de geplande woningbouw bij de Rijnhaven genoemd. Na het vaststellen van het bestemmingsplan moeten er nog procedures worden doorlopen.
Maar er zou tijdwinst behaald kunnen worden door al eerder te beginnen met het dempen van de haven. Als dan de procedures - zoals inspraak - zijn afgerond, kan de bouw direct starten. Het voorbereidende werk is dan al gedaan.
Overbruggingsfonds
Voor de lange termijn wordt gedacht aan het overbruggingsfonds: geld dat opzij wordt gezet als beleggers zouden afhaken, zodat het project toch van start kan gaan.
Hoeveel geld nodig is, wordt nog onderzocht. Gehoopt wordt dat het Rijk dan meebetaalt.