nieuws

Om eist in hoger beroep negen jaar cel en tbs voor brandstichting Hellevoetsluis

De brand in de Gruttostraat in 2017
De brand in de Gruttostraat in 2017
Het Openbaar Ministerie heeft in hoger beroep een gevangenisstraf van negen jaar en tbs met dwangverpleging geëist tegen een 52-jarige man uit Spijkenisse. Hij wordt verdacht van vier brandstichtingen in drie woningen in Hellevoetsluis. Ook stalkte hij volgens het OM twee van de bewoners met bedreigende, vaak nachtelijke, sms-jes en telefoontjes. De man wordt ook verdacht van het moedwillig beschadigen van een auto.
De incidenten vonden tussen 27 april en 1 juni 2016 plaats. De rechtbank in Dordrecht legde de man op 14 september 2017 een gevangenisstraf van twaalf jaar op. De officier van justitie had negen jaar en tbs met dwangverpleging geëist. Zowel de verdachte als het OM gingen in hoger beroep. Lees meer: Justitie eist negen jaar cel en tbs tegen verdachte van brandstichting Hellevoetsluis

Ernstig in gevaar

Volgens het OM is het onomstotelijk bewezen dat de man de branden in de huizen van zijn ex-vriendin, een kennis en diens zus heeft gesticht. Volgens de officier van justitie is het een wonder dat daarbij geen gewonden zijn gevallen en is daarbij het leven van de slachtoffers ernstig in gevaar gebracht. "Dankzij brandalarmen, oplettendheid en extra bescherming aan bijvoorbeeld de brievenbus van de voordeur komt uiteindelijk niemand te overlijden aan deze brandstichtingen." Lees meer: Doodsangst bij familie uit Hellevoetsluis na fatale brand en bedreigingen
Volgens het OM handelde de verdachte uit jaloezie omdat hij dacht dat zijn ex een relatie had met de kennis die ook slachtoffer is geweest van brandstichting. De ouders van die kennis zijn op 20 mei 2016 aan de Gruttostraat in Hellevoetsluis op gruwelijke wijze om het leven gekomen bij een brand. Daarvoor staat de verdachte niet terecht. De oorzaak die brand is nooit opgehelderd. Maar volgens het OM staat die voor de familie onlosmakelijk verbonden met de andere gebeurtenissen in die periode.

Wranger

De verdachte heeft met zijn acties geprobeerd zijn ex terug te krijgen en is onterecht uitgegaan van een relatie, zegt het OM. "Dat maakt het allemaal veel wranger en verklaart ook waarom in eerste instantie geen van de betrokkenen aan de verdachte als veroorzaker heeft gedacht."
Het OM is in hoger beroep gegaan omdat het, anders dan de rechtbank, van oordeel is dat er tbs met dwangverpleging moet worden opgelegd. Er is in de ogen van de officier van justitie sprake van een stoornis en/of een gebrekkige ontwikkeling, ondanks het feit dat de verdachte weigert mee te werken aan een onderzoek. "Ik stel mij op het standpunt dat verdachte zonder behandeling een groot gevaar vormt voor de veiligheid van anderen."

Geen spijt

Gelet op de ernst van de feiten en de opstelling van de verdachte in het strafproces vindt het OM dat een forse straf op zijn plaats is. "De verdachte neemt geen enkele verantwoordelijkheid. Geen excuus aan de familie, geen uitleg. Hij ontkent enkel. Of schuift de schuld zelfs op anderen. Geen spijt, geen berouw. Ik neem dat verdachte bijzonder kwalijk."